I
rde eigenaar te
n onbeduidend
atste eigenares
;r het net, om-
r met haar een
levenslange
Johanna heel
ie advertentie-
het hoofd een
stapschoenen,
t geldbuideltje
rad echter wel
;ur, wat hij tot
u de krant tot
van apotheker
et 50 jarig be
was met haar
het die jonge
»e jongelieden,
ben de familie
dacht ik "men
iat de schoon-
eggevoerd?" Ik
of de juffrouw
ik naar huis te
Met hun vie-
riend en diens
dat hier zoo?
c wel een zoen
t waar? Wil je
naar huis ver-
reuder zouden
'ezat. Bruinvis
n. Tot dan toe
s te meer aan
het hard met
Haarlem in
erhaal "E vita
neren van het
en zeide: "pfu,
pels langs de
wand van je kolf, zoo krijg je korsten en je moet veeren hebben". "O
mijnheer", zeide ik, de heide schoorsteen schuifjes wat induwende, "dat
is een klein kunstje". Later kwam zijn collega, zeggende: "Ge mocht
wel wat harder stoken; zoo krijg je veeren en je moet korsten hebben".
Daarop zei ik, de schuifjes wat openstellende: "Ziet U mijnheer, dat is
een klein kunstje, maar Uw collega wenschte het juist andersom". Aan
het eind van het examen gaf Bruinvis beide heren ieder het zijne, de
een de veren en de ander de korsten.
Van het redacteurschap alleen kon Bruinvis zijn a.s. vrouw niet onder
houden. Als apotheker wilde hij zich voorlopig niet vestigen, daar hij
Ll
TT1 t
rf~- 1T
Ontwerp van de
kosterswoning van de
Doopsgezinde
Gemeente aan de
Koningsweg
ff-r^rc ve£.
anders de concurrent van zijn vader zou worden. In de tussentijd stelde
hij de auctiecatalogus samen van de muntencollectie van "vader" van
Orden, die in 1854 overleden was. In 1856 inventariseerde hij de
archieven van Schagen en de Schagerpolder. In hetzelfde jaar ontwierp
hij de tekeningen voor de nu nog bestaande Doopsgezinde kerk te
Broek op Langedijk 121 en van de kosterswoning van de Doopsgezinde
kerk aan de Koningsweg te Alkmaar. In 1857 probeerde hij een steen-