"De Roede bediet de heerschappie, die de Rechter heeft over de
Misdadige.
De Slange die om de Roede heen slingert, bediek de voorsichtigheit, die
van den Rechters vereyscht wort, nae de spreuke, "Weest voorsichtigh
als de Slangen".
"De opgeslagen Boecken betoonen, dat een waer en oprecht Rechter,
moet wesen seer eervaeren, omsichtig, vroom en wacker, en daerom
wort het uyrwerk aan zijn sijde gestelt, om dat hy nimmermeer zijne
oogen van 't Recht en de billijckheyt soude afkeeren: Maer na de ma-
niere van den Adelaar die van de Oude een seer scherp gesicht is geoor-
deelt, soo moet oock de Rechter sien en scherp doordringen nae de ver
holen en verborgen waerheidt".
Diverse elementen uit deze beschrijving komt men ook elders in de ge
vel tegen deels in de taferelen die de Iudice (Rechter) omgeven op de
erker, deels in de geveltop. Wat betreft de erker: hier ziet men aan de
zijkanten de Vigilanza (waakzaamheid, of met de 17de eeuwse term,
wakkerheid). Wat betreft de geveltop. Hoewel deze laatste hier verder
buiten beschouwing blijft, zij erop gewezen dat daar inderdaad in het
midden het thema "de waarheid onthuld" wordt verheeld.
De Prudenza (wijsheid en voorzichtigheid)
Tot de bekende symbolische voorstellingen van de Prudenza (wijsheid
en voorzichtigheid) behoort de spiegel. Ook Ripa (1/1644, p. 622 - 623)
noemt deze als zodanig. Een spiegel is te vinden rechts van de Iudice
(Rechter). Rondom is een moerbeienkrans aangebracht. Moerbeien zijn
eveneens een symbool van Prudenza (wijsheid en voorzichtigheid).
Ripa (1644, p. 623) geeft in dit verband het volgende versje:
"De traege Moor moer/moerbei) bloeyt selden eer
Voor dat de koude leyt ter neer
Een wijs Man doet niet voor den tijt,
Maar schicktet al door maet en vlijt".
Aan de linkerkant van de Iudice (Rechter) treft men een dolfijn aan,
geslingerd rond een anker. Wederom een symbool van de Prudenza
(wijsheid en voorzichtigheid). Ripa (1644, p. 623) geeft ook hier weer
een versje, waarin o.a. deze regels voorkomen:
"Niet al te traegh, niet al te snel,
Dat past een deftigh Man seer wel".
6