jonge jaren, lang na de afbraak van de gebouwen en toen versierd met een fontein en vaas de herinnering eerde van Alkmaar's burgemeester Archi- bald Maclaine Pont. Middenhout was in Nuhout van der Veen's tijd een Heeren Huizing of Buitenplaats met de daarbij zijnde koepel, koetswagen huis en stalling met desselfs erve, grond en tuin, bosch ook moestuin en boomgaard, groot circa 2 morgen". Verkoopster daarvan was geweest Vrouwe Petronella Christina Groen, weduwe van Christianus Stuurman Bucerus, die te Alkmaar woonde aan de Limmerhoek C. 179; de koopprijs bedroeg volgens het voor notaris A. P. de Lange gepasseerde transport op 25 mei 1816 een som van 3200,—. Als bijzonderheid kan nog worden vermeld dat de president tegen zijn buitenhuis een aantal stukken natuursteen, bouwfragmenten uitmaken de, herkomstig van de toen onlangs afgebroken Friesche poort, had laten opstellen. Daartegen was een marmeren plaat aangebracht voorzien van een gedicht door Mr. Lucas Dijl, die Nuhout van der Veen's voorganger was als dijkgraaf van de Hondsbossche en Duinen tot Petten. Het spreekwoord zegt dat buurman's grond maar eenmaal te koop is en het lijkt wel, dat Mr. Nuhout van der Veen van deze wijsheid terdege op de hoogte was want aan beide zijden van zijn grachtenhuis heeft hij aangrenzende eigendommen kunnen verwerven. Zo kocht hij dan in 1813 „een huis en erve staande en gelegen binnen Alkmaar aan de Noordzijde Oudegracht n°. 111 in wijk A strekkende tot en uitkomende op de Laat met een stal en wagenhuis toen helend op de Oudegracht met Mr. Joachim Nuhout van der Veen ten oosten en de landmeter Isaac Cate- nius ten westen, welk huis echter sedert is geamoveerd geworden en met erf aan het erf' van de koper verheeld. En bij onderhandse acte van 13 april 1814 kocht hij „de grond op het erf van een afgebroken huis gelegen binnen de stad Alkmaar aan de Oude gracht in grootte onbekend in wijk A, zijnde het afgebroken huis gequo teerd geweest met no". 109, toen helend ten oosten Gerrit van der Gragt en ten westen Mr. Joachim Nuhout van der Veen", ook dit verheeld aan het oorspronkelijke bezit hier van de koper. Nog verder werd tenslotte 's mans bezit gecompleteerd tot aan de Brillesteeg ingevolge een transport van 5 juni 1819, verleden voor notaris G. de Heer te Alkmaar, waarbij door de eerder genoemde landmeter Catenius werd overgedragen „een huis en erve, staande en gelegen te Alkmaar aan de noordzijde van de Ou degracht op de hoek van de Brillesteeg of Samaritaanstraat wijk A. num mer 112, belend de koper ten oosten en de gemelde steeg ten westen". Geen wonder, dat toen de echtelieden Nuhout van der Veen-Fabricius op 27 mei 1828 hun 50-jarige bruiloft herdachten, dit in de Hout met grote luister werd gevierd. 56

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 1989 | | pagina 56