Alkmaar had in 1561 al een „caetsbaan" door mr. J. Belonje In deze periodiek uit 1986 n heb ik het een en ander naar voren kunnen hrengen over de Alkmaarse kaatsbaan. Naderhand is mij gebleken, dat én het plaatselijke oudrechterlijke archief (transporten) én de begrafenis registers én onze notariële protocollen nog vrij wat notities over die instelling hier en daar bevatten. Magere bijzonderheden waren dat echter steeds weer. Want wat zeggen ons mededelingen als hijvoorbeeld het bericht uit het begraafregister van de Grote Kerk op 22 mei 1645: verschuldigd grafrecht 4,- voor een „vrijer uyt de kaetsbaen"; of ook (oud-rechterlijk archief): op 22 mei 1668 „een Camer met een erve staande en leggende binnen deser stadt aan de oostsijde van de Keetsloot in de Kaatsbaan", enz? Heel toevallig daarentegen kon ik een duidelijk gegeven op het spoor komen over de ouderdom van de Alkmaarse kaatsbaan en bovendien over de (se dert gewijzigde) plek, waar precies in 1561 de kaatsbaan gelegen heeft. Dat trof ik aan in een document, bewaard in het Algemeen Rijksarchief te 's-Gra- venhage in het „Archief van de Staten van Holland vóór 1572", getiteld „Huysen. Alckmaer anno lxi (1561) Quoijer vanden thijenden penninck van alle die huysen, thuynen ende boomgaerden geleegen binnen die ste de Alckmaer". Dit bewuste kohier maakt namelijk onder andere mel ding van 13 huizen in „Die huych brou wers steech." En na deze afgehandeld te hebben, volgt op folPll verso een opsomming van „die butterstraet" met 30 panden. Daarin als éérste: „pieter Dircxsz met die caetsbaan", een belas- Schematische teke ning van het kaats spel, dat ook in onze stad al in de Zestiende eeuw werd beoefend. KAATST,AATT vrtr I' Q oviaiè de kaats b '?d ÜfiteAyr- 9vcivó tic Lateis K jv' leasde K lAuzsie qjèj f cttrir- t QE3 Jssa Q; laadr QaËZufU' \S>telar- q'bd lacdr £$aap wénd Je LaaJ

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 1989 | | pagina 8