tot een marktdag en verder onbehandeld en onvoorzien wordt gelaten. Als men
ziet dat zes man stratenmakers achter twee handkarretjes met keien lopen, inplaats
van in aangenomen werk te straten, terwijl andere gemeenten en niet pas sinds
gisteren, hun materialenvervoer aanbesteden per hoeveelheid en afstand met
paarden en volgens tarief. Als men ziet dat het personeel op hopen zit te werken
en een gehele ploeg uit dienst is omdat een stratenmaker ziek is.
Het gehele systeem bij gemeentewerken te Alkmaar is gekenschetst door 'niet te
hard jongens, wie doet je wat' en 'wat geeft je dienstklopperij'. Wie dwars tegen
de orders ingaat blijft ook in dienst, wordt ter zijner tijd gepensioneerd en gaat
gelauwerd in de rust. De goeden en de slechten, democratisch en allen gelijk.
Wat ik tot hiertoe beweerd heb is niet nieuw en zag en wist ik reeds heel, heel
lang. Maar wat ik nog niet zo lang wist, wel vermoedde en wat mij dezer dagen
met cijfers is gebleken, dat is de verregaande slordigheid, onbekwaamheid en
onnodige weelderigheid bij publieke werken. De begroting voor de beruchte
brugplannen Heilooërbrug en Emmabrug 1907, 1908, 1909 met eindcijfers van
14, 17 en zelfs 26 mille, geven daarvan enige staaltjes.
Voor een voddenvanghek bij de gemeente-reiniging wordt f 323,60 begroot,
terwijl een raming met juiste cijfers f 167,00 geeft.
Naar mijn inzien was de aanstelling van de heer Looman een misslag en is de
aanblijving van de heer Looman een misdaad. Elk eerlijk man met een gewone
dosis gezond verstand kan commissielid, zelfs lid van B en W zijn, doch dan
moeten de ambtenaren bekwaam, geschikt en welwillend voor hun werk zijn en
dat is en dat wordt de heer Looman niet. Ziet hier, wat ik in aanwezigheid van
de heer Looman beweerd heb en volhoud, tenzij het tegendeel te bewijzen is.
Geheimhouding
Een dag later reageerde Looman kort en krachtig op de aantijgingen door het
raadslid Jan Pot. Op dienstpapier van gemeentewerken, waarop de bedrukte
woorden 'Afdeeling Bouwpolitie' zijn doorgestreept, schreef Looman in een
wat bibberig handschrift aan de burgemeester als voorzitter van de 'Commissie
van Fabricage': „Ik heb de eer U te berichten, dat ik niet voldoe aan den eisch
mij den 22e Maart 1.1. gesteld, inzake het aan te vragen ontslag mijner betrekking
als Directeur der gemeentewerken alhier. Tevens verzoek ik U beleefd, te willen
doen opheffen de opgelegde geheimhouding van het op boven bedoelde vergade
ring verhandelde. Persoonlijk acht ik mij niet meer tot geheimhouding verplicht
omdat de heer Pot, zonder dat U medetedelen, reeds voor de vergadering aan meer
dan een persoon had medegedeeld wat zijn plannen waren.
11