1925: DE LANGESTRAAT
ZOALS IK HAAR OM DAT JAAR HERINNER
van Eli Prins en bewerkt door Hans Koolwijk
Zestig jaar geleden werd onze vereniging opgericht. Een daad uit ongerustheid
geboren. Hoe zag het Alkmaar van 1925 eruit? Of nog exacter uitgedrukt: wat
speelde zich af in de Langestraat? Wie anders dan een voormalig bewoner van deze
belangrijkste binnenstadstraat kan hierover verhalen. De naam van Eli Prins is een
logisch vervolg op deze stelling. Door heel intiem contact met het grootvaderlijk
huis in de Langestraat van het ogenblik van zijn geboorte af, nu meer dan tachtig
jaar geleden, tot 1927 en woonachtig in Engeland sinds het begin van de oorlog
was Eli bereid zijn verhaal op de cassetteband in te spreken. Net terug van een
uitvoerige maandlange lezingen-tournee door de Verenigde Staten, laten we Eli
Prins aan het woord tijdens zijn wandeling door de Langestraat anno 1925.
"De Langestraat is voor mij Het Huis, het grootvaderlijke huis dat tot 1927 op
nummer 40 stond, waar sindsdien al twee keer een andere winkel is gebouwd en wel
die van Gerard Worm en Claudia Strater. Het huis stond en staat dus aan de noord
zijde en vrijwel midden in de Langestraat.
Maar laat ik beginnen met de Aukusschool op de Laat, alwaar ik in de derde klas
voor de eerste keer een manlijke leraar kreeg in de persoon van meneer Beun. Het
was in onze ogen al een wat oudere man en het grootste nieuws dat op de eerste
schooldag werd verspreid was dat meneer Beun maar één nier had. Wat dat precies
betekende wist je niet maar het was toch wel iets heel bijzonders. De man was
rechtvaardig en strikt.
Toen we voor het eerst in de klas van meneer Beun kwamen, hing daar een door
hem persoonlijk getekende kaart van Alkmaar aan de wand. Het was het Alkmaar
van binnen de singels, met hier en daar erom heen de buitenwijken. Meneer Beun
vertelde ons dat Alkmaar verkeerd om was gebouwd. Nadat de bouw Grote Kerk
voltooid was had men de Langestraat in westelijke richting moeten aanleggen en
niet naar het oosten.
Daarom moest men tot op heden de kerk betreden door de ingang van het koor
en dat was zo onlogisch als het maar zijn kon, terwijl het ook de kans had wegge
nomen om een groot markt- of kerkplein aan te leggen, of andersom, als in zoveel
kathedraal-steden gebeuren kan. Meneer Beun maakte dus korte metten met de
stedebouwkundigen uit de elfde eeuw. Je kunt je indenken dat zulke opmerkingen
een geweldige indruk bij ons achterliet. De onderwijzer vertelde ook dat de naam
Langestraat waarschijnlijk afkomstig is van de familienaam De Lange, waarvan
nazaten al zoveel eeuwen in de straat woonachtig waren. Of omdat het de langste
straat in de stad was voor vele jaren, waardoor me meteen op onvergetelijke wijze
werden ingelicht over het feit, dat de Laat en de Nieuwesloot, hoe vreemd het ons
ook voorkwam, tot in de vorige eeuw grachten geweest waren.
In de jaren rond 1925 veranderde de Langestraat sterk van aanzien, maar een
belangrijk aantal personen die in de Langestraat woonden zouden deze straat
haar kenmerkend karakter laten behouden. Echter, als ik terugdenk aan de Lange-
699