seerd. De steen des aanstoots was uiteraard de discussie, die in de raadsvergadering gehouden was over de Commissie van Bijstand voor de Gemeenteflnanciën alias Financiële Commissie. De raadsleden raakten er niet over uitgepraat. Wat waren de taken en bevoegdheden en welke voorstellen gingen wel naar de commissie en welke niet? Adema vond het allemaal maar niks en met name het enthousiasme van de roomskatholieke leden Leesberg en Kusters voor deze commissie leek hem hoogst verdacht. Door nu de plannen voor de herbestrating naar de Financiële Commissie te zenden werd de zaak niet alleen nodeloos vertraagd, maar hoe zal het in de toekomst gaan? "Zullen straks alle aan de ziekenhuisplannen verbonden uitgaven door de Financiële Commissie zoolang gewikt en gewogen worden tot er meer dan ooit van een remmenden en traineerenden invloed kan worden gespro ken?" Het is duidelijk, dat Adema de roomsen voor geen cent vertrouwde en ze ervan verdacht dat ze - tegen de belangen van de veelal rooms-katholieke winkeliers in - zich sterk maakten voor de Financiële Commissie om straks een wapen in handen te hebben teneinde de ziekenhuisplannen te saboteren. Het zou tot 1 oktober 1925 duren aleer de Raad besloot "de langestraat te doen verbeteren door het aanbrengen van doorlopende trottoirs aan beide zijden en het asphalteeren van den rijweg". Burgemeester Wendelaar verklaarde zich voor het behoud van de stoepen, maar zijn verweer tegen het voorstel legde geen enkel 721

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 1985 | | pagina 31