De herbestrating van de Langestraat door drs W.A. Fasel In 1925 het jaar waarin onze vereniging werd opgericht kwam een kwestie, die de gemoederen fel beroerde, tot een oplossing: de herbestrating van de Langestraat. Zoals met zovele kwesties in de lange geschiedenis van Alkmaar, speelden er enige zaken doorheen, die weliswaar met het onderwerp niets van doen hadden, doch wel de afloop mede bepaalden. En zoals zo vaak had ook de religie ermee te maken. Zo waren in dat jaar de restauratie van de Grote Kerk en de stichting van het Centraal Ziekenhuis mede aan de orde. Wat de Grote Kerk betreft, er heerste crisis in het land en niet in het minst in de bouwwereld, zodat het vechten was om een opdracht. De plaatselijke aannemers waren woedend op het gemeentebestuur, dat herhaalde lijk bouwwerken onderhands gunde in plaats van ze openbaar aan te besteden. Ook was er het herhaald verwijt dat er vuil spel gespeeld zou worden, want voor o.a. de Grote Kerk kwamen alleen hervormden in aanmerking. Waarna prompt verwezen werd naar de R.K. bouwwerken, waar alleen rooms-katholieken mochten metselen en timmeren. Wethouder van Publieke Werken was J. Ringers, zelf aannemer, die zich sinds hij tot de magistraat was verheven weinig van zijn collega-aannemers aantrok en dieswege aan hevige kritiek blootstond. Er ontstond opschudding toen een brief van de aannemers aan B. en W. "met het oog op den toon van het verzoekschrift buiten behandeling gelaten" werd. Dat kon toen nog. En alles kwam in de Alkmaarsche Courant, uiteraard voorzien van redac tioneel commentaar. De redactie van deze krant speelde namelijk in de persoon van de hoofdredacteur Tjeerd Adema (bijgenaamd de sidderende reus; hij beefde nogal) een allesbehalve lijdelijke en lijdzame rol in de politieke kwesties van die dagen. Adema had zich kennelijk ten doel gesteld leiding te geven aan het politieke denken van zijn tijd, maar tevens was hij nogal gebeten op de "politiek". Zo schreef hij op 21 maart 1925: "Waarom zouden wij veel geld voor een schouwburg uitgeven als ieder belangstellend ingezetene ten stadhuize geheel gratis politieke spiegelgevech ten kan bijwonen?". Op 24 maart 1925 verweet hij burgemeester Wendelaar dat deze gemakkelijk zou zijn en teveel zou beloven. Inderdaad rijst soms de indruk dat Wendelaar zich zoveel mogelijk buiten schot hield en anderen de kastanjes uit het vuur liet halen. De kwestie van het Centraal Ziekenhuis dreigde sterke anti-papistische tendenzen te krijgen, niet in het minst door toedoen van de Alkmaarsche Courant, die geen gelegenheid voorbij liet gaan om de R.K. raadsfractie onderuit te halen. Die maakte 713

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 1985 | | pagina 23