274/303 ton. snelheid 9 zeemijl per uur op 2 Benz-6 cyl.-
4-takt-diesels van 270 PK/ 5,7 zeemijl op electromotoren van
280 PK. Afmetingen: 37 x 4,4 x 3,7 meter. Bewapening: 2
boegbuizen voor 50-cM-torpedo's en een kanon van 8,8 cM.
Bouwwerf: Blohm Voss, Hamburg1915/16. Bemanning: 23
koppen, waaronder 2 officieren.
127/142 ton. snelheid 6,5 zeemijl per uur op Daimler-4-cyl .-
4-takt-diesel van 60 PK 5 zeemijl op electromotor van
120 PK. Afmetingen: 28 x 3,15 x 3 meter. Bewapening: 2
boegbuizen voor 45 cM-torpedo's, 1 mitrailleur. Bouwwerf:
Cermaniawerft,Kiel,1915. Bemanning: 14 koppen, waaronder
1 officier.
Er was een betrekkelijk gering verschil tussen de waterverplaatsingen
boven- en onder water, hetgeen een duiktijd van 30 seconden garan
deerde. Overigens was de zeewaardigheid van de "UC 8" en de "UB 6"
maar matig; zo was bij voorbeeld de "UB 6" in drie delen per spoor
naar Antwerpen vervoerd en daar in elkaar gezet in plaats van de
boot vanuit een Duitse haven naar Zeebrugge te laten varen! De zwakke
barkas-diesels van deze boten zullen daarop wel mede van invloed zijn
geweest.
Ar bi trage-co mm issj e
Aangezien de Duitse regering zich niet kon verenigen met de door ons
aangevoerde argumenten, die tot de internering van de laatste twee
boten hadden geleid, besloot men deze kwestie voor te leggen aan een
commissie, bestaande uit Deense,Zweedse,Argentijnse,Duitse en Neder
landse zee-officieren en juristen onder voorzitterschap van de Deense
kapitein ter zee Bloch. Óp 20 Juli 1917 kwam men tot de bindende uit
spraak, dat de "UB 30" weer moest worden vrij gegeven, doch de
"UB 6" geïnterneerd zou blijven. Dientengevolge vertrok de "UB 30"
op 5 Augustus weer van Alkmaar, via IJmuiden en vandaar tot Zeeland
geëscorteerd door Nederlandse oorlogsschepen, naar Zeebrugge onder
voorwaarde, dat op het laatste traject geen oorlogshandelingen mochten
worden gepleegd. Een jaar later achterhaalde haar het noodlot: op 13
Augustus 1918 werd de "UB 30" door de Britse trawler "John Gillman"
met dieptebommen tot zinken gebracht ter hoogte van Great-Yarmouth.
De "UB 6" bleef tot né het einde van de oorlog te Alkmaar liggen.
Wel kreeg zij in Augustus 1918 nog gezelschap van de bij Terschelling
in onze wateren opgebrachte en geïnterneerde Duitse gewapende trawler
"Nürnberg". Nadat Duitsland de ooriog verloren had, moesten ook alle
bij neutrale landen geïnterneerde schepen aan de geallieerden worden
uitgeleverd. Op 21 Februari 1919 verliet de "UB 6" Alkmaar om via
Den Helder naar de uitleveringshaven Harwich te worden gesleept.
In 1921 is zij te Brest gesloopt. Ook de "Nürnberg" vertrok. Met het
vertrek van de Duitse schepen verdween ook Hr.Ms. "Geep" uit Alk
maar, waarop gedurende de voorgaande jaren een onderofficier en onge
veer 15 man voor de bewaking hadden gezorgd. Rest nog te vermelden,
dat - omdat wij tóen niet in oorlog waren met Duitsland - gedurende
de interneringsperiode alhier op deze Duitse schepen de vlag van de
"Kaiserliche Marine" bleef waaien. Zo kwam aan een stukje geschiedenis
van "Wereldoorlog I" te Alkmaar, waarover men zelden nog iets leest,
een einde.
Alkmaar, Juni 1985
"U B_30"
"Ü=B__6="
681