wist de vrouw te ontkomen. De wacht begon toen op de voordeur te
rammelen, zoals de getuigen beweerden "inoetwillichlijk ende furieuselijk
met het scharp van haer geweer gestooten ende gesteecken hebben."
Toen men door Cornelis Claesz. vervolgens binnen gelaten werd, is de
vrede daar blijkbaar getekend, want toen de soldaten na een gesprek
weer op straat terug waren en de nieuwsgierig geworden buren vroegen
"hebt gij al wat bedreven kregen deze van de wachtmeester ten
antwoord "hebben wij nijet bedreuen tis ons leet genoech."
Tot zover dit min of meer wonderlijke voorval. De tekst van de acte is
interessant, al was het alleen al omdat het de grote ruwheid van de
militie als tijdsbeeld demonstreert. Merkwaardig is ook dat gemeld werd
op welke wijze de mannen bewapend waren, namelijk met hellebaarden
en andere soorten wapens wellicht dus musketten, maar zeker rapier.
Het kan overigens nauwelijks anders zijn dan dat wij hier te maken heb
ben met eer totaal uit de hand gelopen politionele expeditie die boven
dien aan verkeerd adres was ondernomen vergissen blijft nu eenmaal
menselijk.
Verschillende schrijvers over het beleg hebben te kennen gegeven, dat
in de eerste tijd nadien niet of nauwefijks een herdenking plaats had.
Deze acte doet intussen wel doorschemeren, dat de herinnering na zo'n
kwart-eeuw wel degelijk toch nog leefde.
Alkmaar, jan.'85 Mr. J. Belonje.
colophon
Redaktie: R. Bakker, P. Boer, W.A. Fasel
H. Koolwijk
Bijdragen: Inzendingen kan men richten aan het redak-
tieadres, zo mogelijk getypt, met 1 regel
interlinie. Papier aan slechts 1 zijde beschrij
ven.
Druk: Grafisch centrum Hofman b.v.
Secretariaat vereniging Oud Alkmaar: Julianalaan 9, 1865
BG Bergen aan Zee.
Telefoon te Alkmaar: 072-112745.
Gironummer penningmeester te Heiloo: 600401.
647