De Prinses-Gouvernante passeerde Alkmaar in 1 7 5 4
In de tweede helft der XVII Ie eeuw kwam voor de Nederlanden een einde
als grote mogendheid, in hoofdzaak als gevolg van de veranderde machts
verhoudingen in Europa. Juist in die periode ontwikkelde zich bij de
burgerij een sterke vrijheidsliefde met tevens een republikeinse gezind
heid. Na het onverwacht spoedig heengaan van Prins Willem IV volgde
een verre van krachtig regentschap uitgeoefend door zijn weduwe Anna
van Hannover, de Engelse "Princess Royal", onder wie de stadhouder
lijke partij allengs veel aan gezag en invloed verloor, vooral ook omdat
van haar niet verklaard kon worden, dat de haar naast staande raads
lieden figuren van wezenlijke betekenis waren. 1).
Binnenslands werd menige poging door het Hof ondernomen om de aan
dacht en de belangstelling voor het erfstadhouderschap aan te wakkeren
en dus werd de jonge Prins Willem V op allerlei wijzen naar voren ge
schoven. Reizen door het land vormde hiertoe een welkome gelegenheid
en zo gebeurde het, dat in 1754 goed geoordeeld werd om uit Den Haag
eens naar het aan deze tak van de Oranje's behoord hebbende vaderland
te trekken. Men ging nu dan volgens de mogelijkheden van toen gedeel
telijk met rijtuigen en overzee per schip.
Toevallig kreeg ik een acte onder ogen, die ons bekend maakt met een
op zichzelf overigens onbeduidende gebeurtenis, maar een die toch ont
hult welk traject werd gekozen en op welke dag onze stad door het
Haagse Hof werd bereikt. Het stuk is een getuige-verklaring, die gezien
moet worden als een inleiding tot een vordering ter verkrijging van de
schadevergoeding in verband met een verloren paard. Twee inwoners
uit de stedelijke buitenbuurt de Nieuwpoort, Cornelis Coulster en Maar
ten Dirksz Klop, verzekerden voor een notaris 2) ten verzoeke van Jan
Cornelisz. Ranke, de in de Nieuwpoort gevestigde hospes en voerman
over het
"transport van haar Koninklijke hoogheid 3.) Mevrouw de Princesse
Gouvernante en denselve aensienlijk gevolgh, wanneer hoog gedagte
personagien op Vrijdagh den 14e Junij 1754 haar route over Alkmaar
hebben genomen, heeft gelevert diverse paarden; dat wanneer hoog-
gedagte en doorlugtige persoonen tot Alkmaar waren overgebraght
een van de paarden van den requirant en voerman Jan Cornelisz
Ranke zijnde een zwarte merry sigh in die slegte toestand bevond,
dat wanneer het selve van voor het rijtuygh van den H .Baron Gene
raal Grovestijns 4.) was los gemaakt nauwelijks tot aan het huijs van
den requirant konde loopen; dat egter het selve aldaar gekoomen
zijnde daar op in het land is gejaaght, maar daar op ook den volgende
daaghs is komen te sterven."