voor notaris Cornelis van Heymenberg zijn testament maakte. 17) Hij had
blijkbaar een voorgevoel van zijn naderend einde want we vinden dat hij
op 5 juli 1670 in de Grote Kerk werd begraven, in het graf zuidergang
nr. 239.
De totstandkoming van het contract tussen zijn vakgenoten in 1671 mocht
hij dus niet beleven. Zijn weduwe en erfgename Trijntje Pieters, bij akte
van overeenkomst d.d. 29 april 1675, 18) met Pieter Jansz Visscher en
IJsbrant Reyndertsz van Nes, verkoopt aan deze twee het huis en erf,
zuidzijde Oude Vesten op de Bagijnweid, belend de Huisarmenschuur ten
westen en de weduwe Jacob Heerties ten oosten, waar zij nu woont én de
helft van een huis gelegen "op de oude kraen" Zij krijgt daarvoor haar
leven lang 55 gulden per jaar en genot van de huur om ongelden te kun
nen betalen.
Van Pieter Jansz Visscher 19), een der contractanten, weten we al, dat
hij verrekijkers maakte, maar ook IJsbrant Reyndertsz van Nes blijkt een,
blijkbaar later toegetreden, vakgenoot.
In zijn testament, d.d. 15 nov. 1692, 20) heet hij verkijckmaker" te
Alkmaar. Hij legateert aan Pieter Jansz Visscher "ingevolge van seecker
contract en tot erkentenis van een voorgaande genote weldaad aan den
comparant gedaan, al sijn comparants kïjckermakersgereetschap sonder dat
de kamer daar het gereetschap in is, sal mogen geopent werden dan voor
Willem Klaasz des comparants broeders soon" Deze krijgt bovendien 100
gulden en elk van diens twee kinderen 25 gulden. Indien de testateur
Pieter Jansz Visscher zou overleven "verclaarde hij in soodanigen geval
al sijn kijckermakersgereetschap te legateren ende te bespreken aen de
voorn, sijne broeders soon Willem Claasz Korver! Of Korver ooit het be
roep van zijn oom heeft uitgeoefend is onzeker. In zijn testament van 18
febr. 1727 21) wordt met geen woord daarvan gerept.
Evenmin_ vinden we ook maar de geringste toespeling op de verrekijkerma
kerij in de testamenten van Adriaen van der Kodde, resp. van 30 jan.
1706 en 18 oct. 1713, voor notaris G. Winder en van 4 juni 1718 voor
notaris de Vos, noch in dat van zijn broer Dirk, d.d. 18 dec. 1712, voor
notaris Seullijn. 22)
We hebben de indruk dat de bij het contract van 14 februari 1671 in het
leven geroepen organisatie zo'n 30 jaar later haar zin en kracht geleide
lijk had verloren. We kwamen totnogtoe na 1700 geen verrekijkermakers
meer tegen. Was de belangstelling voor het eenvoudig kramersartikel zo
maar weggeebd?
Men vraagt zich ook af of niet een van die kijkermakers er ooit toe geko
men is om een instrument van meer importantie en waarde te vervaardigen?
Door bemiddeling van onze zoon, ThP. F. Wortel, te Leiden, werd door
drs. P.van der Star, conservator van het Rijksmuseum voor de Geschiede
nis der Natuurwetenschappen, een onderzoek ingesteld naar optische in
strumentmakers van Alkmaar, mede aan de hand van de hem verstrekte
488