„Ja". Na drie dagen sleet ik een grote steen met veel pijn. Ik ging
naar ome dokter Schröder, die verklaarde, dat dit de enige losse
steen was, die me plaagde, en dat ik geen operatie nodig had. Ik
vroeg hem om de specialist af te zeggen. Natuurlijk vertelde ik hem
niet over het recept: 'k had strikte geheimhouding beloofd. Hij sprak
over een wonder, dat net op tijd kwam. Geen wonder, dat moderne
medici naar de boeken van medische wijsheid en natuurkennis
teruggrijpen.
Tante Alida werd als het vierde kind (van negen) in 1871 geboren.
Tot aan haar grootvader toe was er een rechtstreekse lijn van
kooplieden; haar vader was splitter van de Staatsloterij ten tijde van
haar geboorte, en voor het einde van de zeventiger jaren werd hij
commisionair in effecten en spoedig daarna collecteur van de
Staatsloterij. Als er een mos was geweest van studerende vrouwen
dan had ze zeker haar apothekersbevoegdheid aan een universiteit
kunnen behalen. Strijden voor vrouwenrechten zat er in de streng-
orthodoxe traditie van de familie niet in. Het apothekersdiploma
was al een progressieve stap voorwaarts, zoals het behalen van
muziekdiplomas bij vele jonge vrouwen in de negentiger jaren. Haar
persoonlijk leven werd in haar levensrijpheid, die tot haar dood
duurde, over drie sferen verdeeld, die elkander, op afgescheiden
wijze, nooit bestreden, en, voor zover het de zaak betrof, de twee
anderen niet raakte: de sfeer van de familie en het ouderlijk huis; de
sfeer van het godsdienstige leven, en die van de zaak. Hoewel
werkend en slapend in de apotheek werd er thuis gegeten, en de
wekelijkse rustdag, de volkomen Sabbat, werd in rust en gebed
doorgebracht. Ze heeft nooit een vacantie genomen. Reizen hebben
plaats gevonden als broers trouwden, verder niet. Toen haar vader
stierf in 1926 verhuisde ze met haar zuster Jeanette naar de
Emmastraat, waar ze bleven wonen tot de Joodse ingezetenen uit
Alkmaar verdreven werden. Ze had haar zaak tot die tijd geleid.
Toen kwam er een door de bezetter aangewezen nieuwe „Ver
walter". De naam blijft beter niet genoemd om twee redenen. Laat
ik het door aanhalingen doen. Eén is uit een brief, die mijn moeder
aan een vriendin in Alkmaar stuurde: een jonge vriendin, die als een
zorgzaam kind voor haar was: „Ik ben nog erg onder de invloed van
den dag; zoveel leed en verdriet van al die Moeders om me heen, die
daar allen naar God's gericht smeekten om uitkomst, nee, 't was me
soms te veel, en ik ben er innig verdrietig van. Wat moet God's
almacht groot zijn om dit alles te kunnen besturen ten goede uit
deze ongerechtigheid, door mensen bedreven. "Dit was 1942. Op 26
326