In onze waterrijke streken vonden de vroegste vestigingen plaats op de hoge vaste geestgronden. Geestgrond is populair gezegd een zandbak, die ontstaat daar waar hoge grond door water wordt overspoeld. Achter de hoge grond ontstaat een diepere geul, waarachter het weggespoelde zand tot rust komt. Overigens zullen we hier niet dieper op ingaan. Op deze hoge gronden werden plaatsen als Uitgeest, Alkmaar, Heiloo, Oudorp en St. Pancras gesticht. Hoe zo'n nederzetting eruit zag is goed te zien aan Oudorp, zoals dit voorkomt op de kaart van Jacob van Deventer 1565). (Zie schematische weergave fig. 2). Terwijl Alkmaar al uitgegroeid was tot een handelsstad had Oudorp nog die voor ons leerzame agrari sche struktuur. De boerderijen stonden op de rand van de geest, de akkers lagen op de geest en de weide- en hooilanden bevonden zich op het drassige gedeelte rondom de geest de z.g. Mient. O UOOTW r2>o<^.r- VOV.OtM'tj ~\y -jr O»^ Alkmaar zal in oorsprong eenzelfde basis-struktuur hebben gehad. Plaatselijk archeologisch onderzoek heeft dit bevestigd. Voor de uiteindelijke vorm van Alkmaar zou op de lange duur echter de ligging aan de Voormeer van doorslaggevende betekenis blijken. Hoewel plaatsen als Alkmaar en Oudorp een wat regelmatiger pa troon hadden als de eerder genoemde brinkdorpen behoorden ze toch tot het spontaan gegroeide nederzettingstype. 331

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 1980 | | pagina 13