PAND ST. ANNASTRAAT 1 3
Het is voor de oorlog aangekocht door de vereniging om een historisch
waardevol pand in de binnenstad voor verval en wellicht afbraak te
behoeden. En om daarmee uiting te geven aan het verlangen de noodzaak
van monumentenzorg in Alkmaar niet met woorden te belijden, maar
met daden aan te pakken. Dit was tot de burgerij èn de overheid gericht.
Met succes. Sindsdien is er veel veranderd
De monumentenzorggedachte heeft bij de burger- èn overheidsinstanties
een vaste plaats gekregen.
De rijkslijst van beschermde monumenten heeft aan slopen en verbouw
een halt toegeroepen.
Door middel van bestemmingsplannen heeft men ontwikkelingen in de
hand waarop men vroeger geen greep had.
Door subsidiemogelijkheden van velerlei aard is daadwerkelijke steun
een feit geworden.
In Alkmaar heeft de gemeente een eigen monumentendienst. Het
allerbelangrijkste is toch wel dat dit alles geen elitaire zaak meer is. Een
rondblik in de binnenstad toont aan dat het dieptepunt van verval achter
ons ligt. Al is „Oud Alkmaar" niet op elk punt tevreden, het stemt tot
voldoening dat de vereniging met indertijd de aankoop van het pand in
de St. Annastraat en alle andere activiteiten voorop heeft gelopen en nog
loopt, dat zij in Alkmaar baanbrekend werk heeft verricht.
NU ONS HUIS.
Het heeft zijn rol gespeeld. Dat zal niemand ontkennen. Ook niet, dat
-gezien de gevoelens van de oudere leden die mede actie hebben gevoerd
voor de aankoop ervan- het 't bestuur leed doet weer de eventuele
verkoop aan de orde te moeten stellen. Een hard feit, waar niemand
omheen kan, is namelijk dat liet onderhoud grote sommen geld gaat
kosten die de inkomsten verre teboven gaan, en niet uit de contributies
dienen te worden betaald. Van de huur van f2.160,- kunnen de te
verwachten uitgaven voor schilderwerk van duizenden guldens niet af.
En dit is nog maar één post.
De penningmeester /iet het somber in. Zo doorgaande zullen onze
verenigingsactiviteiten drastisch moeten worden beperkt of de
contributies sterk opgevoerd. Beide oplossingen zijn onaanvaardbaar.
Het bestuur zal derhalve op de komende jaarvergadering met het voorstel
moeten komen, machtiging te verlenen voor verkoop tegen een
aanvaardbaar bedrag aan een aanvaardbare koper. Er zijn gegadigden.
Het bovenstaande is niet een principiële kwestie, maar één van
opgedrongen praktisch-financiële aard. Het bestuur ziet geen andere
oplossing. Zoals op de vorige jaarvergadering gesteld, vragen wij u:
bericht ons indien gewenst uw mening van vóór of tegen. Heeft u
bezwaren tegen het voorstel, zo ja, welke zijn die en vooral welke
oplossingen kunt u dan aan de hand d
