door de „Groot Wet" in 1735 opnieuw werden vastgesteld 6.) el enkele grammaticale wijzi gingen bevatten, maar in ma teriele zin gelijk bleven. Men dien verstande, dat de artikelen vernummerd waren toen tot 20, 21, 22 en 23, terwijl de geëiste breedte voorkomende aan het slot van art. 23 gerecudeerd was toen van 11 op slechts 6 duimen. Uit de 'praktijk aangaande de toepassing van het recht van osendrop valt teveel te vertellen dan voor dit bestek geschikt zou zijn. Immers het staat vast, dat men in zéér talrijke gevallen tussen buren in de stad regelingen heeft ge troffen betreffende de uit oefening van het recht. Behalve het notariële archief geeft vooral het stedelijke oud- rechterlijke archief onder de rubriek der voluntaire ju risdictie in de zgn. trans- portregisters daar menig bewijs van 7.). Een enkel voorbeeld uit de bonte casuistiek moge hier tenslotte naar voren worden gebracht. Met de eigenaar van het huis De Gulden Aker aan de n.z. van het Luttik Oudorp werd op 6 januari 1620 door de buurman bepaald dat hij „tot wederseg- gen syn palen, pannen ende andersonder den osendrop ende tegens de muyr vandit huys..." zal hebben; „des sall den cooper van dit huys mede precario genieten van de waterganck inde stege" 8.) - Tussen Mr. Clement Boon en Lambertyen Baerens de weduwe van de beroemde' Alkmaarse drukker Jacob de Meester met haar zoon Pieter rees een geschil over de verbouwing op de grens scheiding tussen hun huizen en de eerstgenoemde bood toen aan „de osendrop ende het regenwaeter te ontfangenineen gemeenen goote conform ende naer luyt de keur ende ordonnantie deeser steede" in 1624. 9.) - Bij verkoop van een huis ter wederzijden op gemene muren staande aan de n.z. van de Schapesteeg met een vrije waterlossing naar de Achter straat werd op 4 mei 1612 bepaald „dat huys van Jan- nitgen Jans soo veel erffs toebehoort buyten haer 8chtergeuel dat sij daer een bequame osendrop mach hebben". 10.) - Bij acte van 21 september 1625 bleek, dat Coen Abrahamsz Pelser aan de nu overleden AndriesClaesz. Pelser had „verkocht" een osen drop van zijn erf „beoosten de twee wooningtjes" van Andries „staende aenden suytzijde van dese stad aenden vesten, tus- schen de Nieuwelander poert ende de molen bij den banen" op grond waarvan Andries" ervan een „eijgen osendrop hebben beoosten tvoorsz. huysgen". Nu beloofde compa rant de voorgenoemde erfge namen „rustelijk en vredelijk te laten genieten de voorsz osen drop". 11.) - De timmerman CorneÜs Willeboortsz verkocht op 28 mei 1954 12.) aan Jan 245

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 1979 | | pagina 8