3.) Hen Engelse woord „oust"
en het Fanse „ousseau" zullen
hiermee wellicht verband
houden. Men verklaart het als de
„drop", die van de „ose" valt,
zijnde de ruimte tussen de üjn
waar de dakdrup neervalt en de
muur, door het open vak dus,
dat men ook nu gewoonlijk nog
met het woord „de weeg" of
„de weech" aanduidt.
Het recht, dat terzake van de
beschreven omstandigheden
vanouds een punt van gewicht
voor veel betrokkenen uit
maakte, heeft, zoals de ver
wachten valt in de oude
stadskeuren zijn neerslag kun
nen vinden. Zo verklaart de
stadskeur van 1619 in een
poging om het totale bestaande
stadsrecht in één verzameling
samen te voegen 4.) bijeen in
vier artikelen daarover het
volgende:
XVIII. Item sal een yegelick syn
water uyt syn eygen goote off
vanden hemel vallende moeten
ontfangen ende leyden op ende
over zijn eygen erve, 81soo het
daer niemant letsel ofte gebreck
by en heeft ten ware hy eenich
recht hadde ter contrarie. Maert
twater uyt gemeene gooten
vallende sullen beyde eygenaars
gelijckelyk leyden over hare
erven, ten ware zy anders waren
off conden verdragen. Ende soo
yemant syn water op de straet
willen laten vallen, zal tselve
met een hangende goote bij syn
huijs nederwaerts moeten
leyden, dat noch syn gebuyren
noch de passanten by 't vallen
vant water werden geincom-
modeert op een boet van XX sts.
van acht dagen tot acht dagen te
mogen bekeuren.
XIX. Item als yemant wil
timmeren en syn water buyten
syn muyr laten vallen, soo sal hy
met syn voorsz muyr soo verre
van syn buyrmans erve moeten
blyven, dat hy syn osendrop
mach behouden nametlick ses
t'halff duym ist hart dack ende
XI duym als yemant (die daer
toe consent hadde) wilde
macken een stroyen ofte rieden
dack, en voorts gehouden zyn
zyn water te ontfangen in een
looden ofte houten gote ende
tselve soo te leyden ende te
dwingen, dat syn gebuyre daer
door niet en werden verdruct
ofte geinteresseert.
XX. Ende en zal niemant
buyten syn muyre nae syn
buyrmans erve eenige dingen
mogen maecken, netselen ofte
stellen, die verder overhangen
ofte uytseken als syn osendrop,
off als t'erve buyten de muyr
hem toebehoort.
XXI. Item soo yemandt buyten
syn muyr een watergangh will
hebben ofte gebruycken, die sal
daer toe ten minsten buyten syn
muyr moeten laten leggen negen
duymen erffs, doch soo wan
neer twee gebuyren besyden
malcanderen timmerende ver
dragen om tussen beyden een
gemene watergangh te laten
leggen, soo zal de zelve gemeene
waterganck ten mi nsten moeten
wyt syn elff duymen.
In de stadskeur van 1655 zijn
deze voorschriften letterlijk
herhaald 5.) terwijl die, welke
244