In 1932 ging de wasserij van Krom op. huidige structuur. Zij waren het die de kat de bel aanbonden en tegen het standvastige college van burgemeester en wethouders durfden te zeggen dat er niets van deugde. Alkmaarse kerels met namens als Backs Roem, De Wit, Mann, Koot, Lutteror en later Preyer, Bossert, Koster, Lutjeharms en niet te vergeten de „jongens Ringers" hebben ertoe bijge dragen dat Alkmaar in de eerste decennia van deze eeuw een brandweer had die klonk als een klok-letterlijk en figuurlijk en waarop de burgerij opaan kon. Dat in de twintiger jaren bijvoorbeeld de kritiek vanuit de burgerij losbarstte omdat de alarmering te wensen over het en het meermale gebeurde dat de politie en burgervader eerder bij de brand waren dan de spuitgasten, daar had de da- aan de Schermerweg in vlammen gelijkse leiding van de bbrand- weer geen schuld aan. Voor namelijk de lankmoedigheid van het stadsbestuur was aan deze kritiek debet. Branden spreken tot de ver beelding en zijn vaak onver getelijke gebeurtenissen. De grootste brand die Alkmaar in de laatste eeuw heeft geteisterd woedde aan de over zijde van het Noordhollands Kanaal en legde de stoommeel- fabrieken met kantoren en directiewoningen in de as. Deze brand van 1898 heeft een fors stempel gedrukt op verbetering van het blusmateriaal van toen. Een geluk bij een ongeluk dus want ruim dertig werknemers stonden van de eene op de andere dag op straat en waren overgeleverd aan de armenzorg. 241 242

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 1979 | | pagina 5