Kapelkerk 1504-1516 de strijd afspeelde tussen de verschillende candida- ten voor het pastoraat van Alk maar. Men kan zich nauwelijks voorstellen, dat deze ruzies om een vetbetaalde baan door de regering en bevolking van Alk maar in dank werden afgeno men; uit handschrift C blijkt duidelijk dat de stadsregering al thans de stichting van het bij de kapel behorend gasthuis steun de. Hoe een en ander zich heeft toegedragen is echter moeilijk na te gaan. Immers, in handschrift A van 1513 is kennelijk sprake van een bestaande kapel, terwijl in 1518 nog een levering van 100.000 stenen plaatsvond. Dit is moeilijk met elkaar te rijmen en tevens zit de term „reparacie" mij dwars. Nu vond in 1517 de overval van de Gelderse-Friezen plaats, die met verwoestingen ge paard ging. Het is niet uitgeslo ten, dat toen de (al dan niet afge bouwde) kapel werd verwoest en dat men in 1518 met de .repara cie" begonnen is. Een andere mogelijkheid is, dat de stichting in of voor 1513 plaatsgreep, maar dat de bouw zich over enige jaren heeft uitgestrekt. De stich ting (fundatie) kan echter niet ver voor 1513 zijn geschied, want als Aelbert Adriaensz in 1473/4 werd geboren dan kon hij niet voor 1498/9 over zijn goederen beschikken. En als er inderdaad 14e eeuwse fundamenten zijn, dan zijn ze m.i. afkomstig van een stads poort. Uit vele gegevens blijkt namelijk dat in de jaren 1470- 1540 in bedoeld gebied veel is veranderd. Ik hoop hieraan bin nenkort een artikel te wijden. M.i. werd omstreeks 1450 de stedelijke bebouwing van Alk maar begrensd door de Laat, in de buurt waarvan de „stadsves ten" liepen, te weten tot aan de dijk van de Voormeer (in 1518 Plempwech genoemd). Het is duidelijk dat deze dijk een be langrijke toegangsweg tot het stadsgebied was en in de hoek, die de dijk en de Laat maakten, is de Kapelkerk gebouwd. Ik acht het niet uitgesloten dat de stads vesten van steen waren en dat in de bedoelde hoek een stenen stadspoort heeft gestaan, die bij de uitlegging zijn functie verloor. Mogelijk heeft men gedeelten van deze poort ben ut bij de bouw van de kapel. De termen „repa racie" uit handschrift B en „fun- dator" uit C, die met elkaar in tegenspraak lijken, zouden hier door met elkander in overeen stemming komen. De hypothese, dat wellicht om streeks 1450 langs de Laat een stenen stadsmuur heeft gestaan, wijkt af van hetgeen Cordfunke beweert. Een van zijn stellingen is namelijk, dat Alkmaar vóór 1528 geen stenen stadsmuren had I9). En de archeologische vondsten bewijzen zijn gelijk, want de gevonden muurfrag menten zijn van na 1528, ofwel men heeft na 1528 oude stenen van 14e eeuwse gebouwen ge-

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 1979 | | pagina 12