het stadhuis Volle bureaus en kantoorkasten plus nijvere ambtenaren in ge meentedienst die in veel te kleine ruimten het college van burge meester en wethouders zo goed mogelijk trachten te adviseren in alle zaken die binnen de verant woording van dit bestuur vallen, hebben een belangrijk deel van het stadhuiscomplex verlaten. Het monumentale, sterk in ver val zijnde „Moriaanshoofd" staat leeg en het pand ernaast, Lange- straat 95, is voor de helft weg. Tussen Langestraat en Breed- straat is het nooit als permanent betitelde stuk kantoor voor de vlakte. De Langestraat heeft er weer een schutting bij om aan te tonen dat het ernst is met de bouwkundige perikelen die het eeuwenoude complex in de ko mende twee jaar in haar lawaaiige en stoffige greep zullen houden. Als de Rijksdienst voorde Monu mentenzorg en de Vereniging „Oud Alkmaar" niet hadden op gelet, vertoonde nu de gevelwand tussen stadhuistoren en Mo riaanshoofd een gapende ope ning. Vrachtauto's zouden puin afvoeren en bouwmaterialen brengen. Dat had het dagelijks bestuur van de stad en de betrok ken ambtenaren zo aardig be dacht ware het niet dat anderen dan „stadhuisbewoners" hun wenkbrauwen fronsten en de ge vel plus interieur van het pand nummer 95 eens aan een nader onderzoek bloot stelden en o wee „het kwaad geschiedde". Op last van hogerhand werd de gedachte van sloop, foetsie ermee, niet ge volgd door daden: de gevel moest blijven staan. Wel mocht een deel van het pand verdwijnen, tot zes meter vanaf de voorgevel. De ambtelijke bollebozen die het allemaal zo goed hadden be dacht, stonden wel even vreemd te kijken. De problemen doem den als ontluikende maar beslist niet klingelende Sneeuwklokjes aan de hemel. Wat nu met de Stadhuis op een tekening van J. Bult huis in 1790. 164

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 1978 | | pagina 4