oud alkmaar j op wiens hulp het bestuur menigmaal een beroep hoopte te doen. Tenslotte werd in principe besloten een lezing te houden over een Alkmaars historisch onderwerp teneinde leden te werven. De Vereniging was in die beginjaren niet zeer groot en zou men tegenwoordig zeggen nogal elitair samengesteld. Men telde onge veer 50 leden, een aantal dat na 1930 eerder toe- dan afnam. Reeds in de eerste jaren van haar bestaan trad het bestuur in het strijdperk voor het behoud van het oude Stadsziekenhuis. Op 14 juli 1928 diende het een bezwaarschrift in tegen de voorgenomen afbraak, alsook tegen de weg die dwars over het terrein geprojecteerd was. De Rijkscommissie voor de Monumentenzorg had echter een andere mening, aangezien de gebouwen h.i. geen bijzondere monumentale waarde hadden. „Slechts de aan drie zijden door lage gewitte vleugels omgeven binnenplaats is niet zonder bekoring en wekt, met haar geschoren linden op het gras veld, de herinnering aan Haarlemsche en Leidsche hofjes. Zij mist echter de eenheid, welke deze laatsten kenmerkt en heeft bovendien door het inbrengen van weinig fraaie ramen een deel van haar aantrek kelijkheid ingeboet. Ook aan den 18en eeuwschen gevel, die als scherm gebouwd is voor het uitbouwtje met de weinig belangrijke Regentenka mer, kan men geen grote waarde toekennen, daar dit front door verwij dering van de kroonlijst met vazen zijn karakter goeddeels heeft verlo ren." De commissie had er kennelijk nog nooit van gehoord, dat men „weinig fraaie ramen" door mooiere kan vervangen en dat een ver dwenen kroonlijst weer kan worden aangebracht (zoals in het buiten land algemeen werd gedaan). Het zou niet de eerste keer zijn dat een plaatselijke oudheidkundige vereniging, die het eigene en karakteristie ke wilde behouden, de das werd omgebonden door landelijke commis sies of verenigingen, die, met de Amsterdamse grachten of de „Haar lemsche en Leidsche hofjes" voor ogen de locale activiteiten eigenlijk maar gepruts vonden. Het Stadsziekenhuis is in 1930 dan ook afgebro ken. In hetzelfde jaar (1930) kocht Oud-Alkmaar het huis op de hoek van de St. Annastraat-Fnidsen. De verbouwing kostte meer dan de koop (resp. 4450,en 3548,maar dank zij het rijkssubsidie van 1000,kon men het redden. De jaarlijkse lasten bedroegen 530,zodat het huis 10 gulden huur per week moest opbrengen. Hiervoor was aanvankelijk geen huurder te vinden, doch tenslotte vond met een winkelier bereid het pand te betrekken. In 1935 moest het bestuur echter een verlaging van 2,50 toestaan en in 1936 raakte het huis onbewoond. De bestuursleden, die zich persoonlijk borg had den gesteld voor de rente en aflossing van de hypotheek, moesten nu wekelijks 7,50 opbrengen. Intussen zakten de contributies gestaag door ledenverlies en ook van de gemeente was geen subsidie te ver- 21

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Oud Alkmaar | 1975 | | pagina 5