j q t y i; een geel n hiermede water af te )rdkant een :en raampje :en raampje r. De zolder üt voorhuis, ikanten van ten nokken t stond een reeks tegen in zuidzijde ettenkar en mdgebracht met grote van de ruif. De gier en schrobwater liep via een gootje in een ingegraven groot vat zonder bodem. Achter deze schuur stond een plee met een zinken emmer, welke regelmatig in de haven werd geledigd. Met een vorstperiode gaf dit moeilijkheden. Oude kranten werden aan velletjes gesneden en in een houten bakje op handbereik gedaan. Zo woonde men in de jaren 20 van de 20e eeuw. Als men in die tijd van een bank geld wilde lenen, moest men zorgen dat men twee borgen had. Zo ook met het kopen van bovengenoemd pand. Een broer was eerste borg; een oom tweede borg en het pand zelf was derde borg. Als men niet aan de gestelde verplichtingen voldeed, kon de bank het pand bij failliet gaan verkopen. Bracht het minder op als de geldlening dan was de eerste borg aansprakelijk en moest het schuldbedrag vereffenen. Zo niet, werd ook de tweede borg aangesproken. Timmerman Gerrit Slot, de grootvader van de huidige, heeft de winkel gesloopt. Van deze ruimte is ten eerste met een houten wand naar de kamer een gang gemaakt en de overige ruimte slaapkamer. De toonbank in de keuken geplaatst en voorzien van twee kastjes. Een wit emaille ijzeren gootsteen; bovenplaat en de achterwand van rood asbest. Vervolgens een plee en wat onderhoud. Oude loodgieter Jan Klous sr. heeft de waterleiding aangelegd naar de keuken. Loden pijp onder de vloer door, voor een luikje in de vloer voor de hoofdkraan; 's winters is vele malen de leiding bevroren. A. Schipper, schilder annex behanger, heeft prijsopgave gedaan en binnen alles geschilderd en behangen. Op de wanden met raggelwerk (latten) werden eerst met jutte bespannen, dan kranten er op geplakt en daarna het behang. Iedere week vroeg hij een voorschot om met zijn gezin de week door te komen. Een jaar later heeft Jb. van Straaten, smederij "Het Centrum" het elektrisch aangelegd. IJzeren pijpen gewoon op de zoldervloer. In die armoedige tijd bleef er veel te wensen over. Bij het achterschot van de topgevel op het zuiden keek je door de naden van de planken naar buiten. Met stroken zink werd dit overbrugd. Dikwijls ook met vodden en kranten. Toen volgden de crisisjaren. Werkeloosheid en grote armoede. En in mei 1940 de tweede wereldoorlog. In 1942 is de voorgevel beneden verbouwd en de bedsteden gesloopt. Gang aan de kant van het Algemene Wees- en Armenhuis met de voordeur. Twee kamers door schuifdeuren verbonden. Groot raam op het zuiden vervangen door tuindeuren. Vervolgens in 1962 de aanbouw gesloopt. Moderne keuken; douche en toilet in het grote huis gebouwd. Jan Oldenburg. (opgeschreven op 31 januari 1999) 201

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Een Nieuwe Chronyke van het Schermereiland - Graft-de Rijp en Schermer | 2007 | | pagina 49