overkoepelende lichamen van het verzet, waar hij onder anderen Drees
leerde kennen. Ook deze verzetsactiviteiten droegen ertoe bij dat zijn naam
ging circuleren als potentieel naoorlogs premier.
Na de bevrijding bereikte deze suggestie ook koningin Wilhelmina, die
zelf een groot voorstander was van naoorlogse politieke en
maatschappelijke vernieuwing. Door een of meer van haar adviseurs op
Schermerhorn geattendeerd, ontbood zij hem naar Anneville bij Breda, waar
zij residentie hield. Daar moet zich ongeveer deze dialoog hebben
voorgedaan. 'Meneer Schermerhorn, ik wil u, samen met de heer Drees, de
vorming van een kabinet opdragen.' Daarop zou Schermerhorn haar, naar
zijn eigen latere getuigenis, hebben geantwoord: 'Majesteit, wie in deze put
springt, is een verloren man.' Niettemin aanvaardde Schermerhorn, samen
met Drees, de formatieopdracht. Doordat het parlement nog niet was
teruggekeerd, waren er nog geen Kamerfracties wier instemming met een
regeringsprogram verkregen diende te worden. Mede daardoor konden
Schermerhorn en Drees betrekkelijk gemakkelijk een kabinet samenstellen,
waarin voorstanders van een 'Doorbraak', zoals in Gestel beraamd, ruim
vertegenwoordigd waren.
Dames en heren, hiermee is het grootste deel van mijn verhaal rond. Ik
heb u laten zien hoe Willem Schermerhorn, een eenvoudige boerenjongen
uit de Noordeindermeer, minister-president heeft kunnen worden.
Beslissend daarvoor waren geweest de gebeurtenissen tussen 1938 en de
bevrijding in mei 1945. Door zijn voorzitterschap van Eenheid door
Democratie had Schermerhorn zich gemanifesteerd als uitgesproken anti-
nationaal-socialist; zijn gijzeling in Sint-Michielsgestel was er het
rechtstreekse gevolg van. Cruciaal was vervolgens dat hij onder de
gegijzelden de eerste plaats ging innemen, en dat hij zijn rol van kampoudste
op indrukwekkende wijze vervulde. Daarnaast was van groot belang dat hij
zich in het kamp als uitgesproken voorstander van naoorlogse vernieuwing
deed kennen. Tenslotte was daar, na zijn vrijlating uit het Gestelse kamp,
zijn optreden in overkoepelende lichamen van het verzet, dat verder aan zijn
reputatie bijdroeg.
Op de beide hierop volgende fasen in Schermerhorns leven, het jaar
waarin hij minister-president was en het daarop volgende jaar 1946-1947,
dat hij in Batavia doorbracht en waarin hij tevergeefs trachtte in
onderhandelingen met de Republik Indonesia een vreedzame dekolonisatie
tot stand te brengen, kan ik nu niet ingaan. Ik merk slechts op dat dit uit
politiek oogpunt de twee belangrijkste jaren in Schermerhorns leven waren.
Als daarvoor bij het bestuur van de historische vereniging belangstelling zou
173