zou zijn om na de bevrijding leiding te geven aan een vernieuwd Nederland.
Behalve Schermerhorns zozeer gewaardeerde optreden als leider van het
kamp zat daar nog een andere, meer inhoudelijke kant aan.
Schermerhorn was namelijk een van de deelnemers aan een geheim
beraad binnen het kamp over de naoorlogse Nederlandse politieke en
maatschappelijke verhoudingen. De deelnemers eraan, afkomstig uit
verschillende politieke partijen, werden het erover eens dat er een
'doorbraak' moest komen, dat wil zeggen dat de vooroorlogse partij vorming
op basis van religieuze overtuiging niet diende terug te keren, maar plaats
zou moeten maken voor een tweedeling in een vooruitstrevende en een
conservatieve partij. Van die vooruitstrevende partij wilde de Gestelse
overleggroep de kern vormen. Als dragende ideologie kozen zij het
personalistisch socialisme, dat de nadelen zowel van het Marxistische
socialisme als van het klassieke liberalisme zou dienen te vermijden. Dit
personalistische socialisme zou bovendien uitgesproken christelijk gekleurd
moeten zijn; het zal duidelijk zijn dat vooruitstrevende protestanten als
Schermerhorn en Banning zich hierdoor sterk aangesproken voelden.
In december 1943 werd opnieuw een grote groep gijzelaars ontslagen, en
ditmaal behoorde Willem Schermerhorn tot de gelukkigen. Vanaf dat
moment tot aan de bevrijding leefde hij, om niet het risico te lopen opnieuw
gearresteerd te worden, ondergronds, enerzijds op verschillende adressen in
Amsterdam, anderzijds ook wel bij zijn familieleden in de Schermerpolder of
op het Schermereiland. Tot tweemaal toe viel hij daarbij bijna in handen van
de SicherheitspolizeiEenmaal toen de Sipo de vooroorlogse kennis bij wie
hij in Amsterdam zat ondergedoken kwam arresteren, maar diens huis niet
verder onderzocht, en eenmaal bij wat in de geschiedschrijving bekend is
geworden als 'het drama van Houtlust'. Omdat dat laatste drama zich in de
Schermer afspeelde, zal ik daarover iets meer zeggen.
Ik zal dat zo kort mogelijk doen, ook omdat velen van u het verhaal als
zodanig waarschijnlijk wel kennen; mij gaat het uitsluitende om de
betrokkenheid van Willem Schermerhorn. Het betrof hier een
wapendropping vanuit Engeland en het voorgenomen vervoer van de
gedropte wapens naar de boerderij 'Houtlust' aan de Zuidervaart in de
Schermerpolder. Bij Rustenburg, aan de noordelijke ringvaart van de
Schermer, stuitte de vrachtwagen die op weg was om de wapens op te halen,
en die vertrokken was van 'Houtlust', op een vrij grote groep bewapende
Landwachters. Een hevig vuurgevecht onstond, waarbij enkele Landwachters
gedood en gewond raakten, maar ook de man die de leiding van de
transportploeg had, Gerard Veldman. Daarnaast raakte een van de
verzetsmensen zwaar gewond; hij viel in handen van de Duitsers, die op het
171