Schets van de situatie bi] de ontginning. 1. weg; 2. vaart; 3. dijk; 4. grens; 5. kerk; 6. grens van de strandwalgronden; 7. Geest; 8. Vroner meer; 9. Daalmeer; 10. Oudie; 11. Mare; 12. Huiswaard; 13. Bergermeer; 14. Langevaart; 15. Koedijk; 16. Vronen; 17. Zwijnsmeer; 18. Zuiderdel; 19. Oosterdel; 20. 't Groote Bos; 21. Broek op Langedijk; 22. St. Pancras Bron: J. K. de Cock, Bijdrage tot de historische geografie van Kennemerland in de Middeleeuwen op jysisch- geografische grondslag samen met Oudorp in 1353 een 'aantal riemen' leveren1- op dit aantal was het aantal mannen gebaseerd dat dienst moest doen voor de graaf. De naam Oterleek komt voor het eerst voor in een vermelding uit omstreeks 1100 in de Fontes Egmundenses.2 Hieruit blijkt dat de kapel in Oterleek in het bezit was van het klooster in Egmond, in historische termen uitgedrukt dat de abt van Egmond het collatierecht had. De ontginning heeft Het koord met de uitstulping. Deel van de kaart van de Heerhugowaard uit ongeveer 1630, gemaakt doorAnthonis Metius. Bron: Nationaal Archief; VTH nr. 2510. 67

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Een Nieuwe Chronyke van het Schermereiland - Graft-de Rijp en Schermer | 2007 | | pagina 15