Uit de pen vanJ. Pielage
Schooltassen en leesplankjes
Wie tegenwoordig het woord 'schooltas' in de mond neemt heeft iets
heel anders voor ogen dan wat men er een paar eeuwen geleden
onder verstond. In onze tijd is de schooltas meestal een rugzak die door
scholieren dagelijks van huis naar school en weer terug wordt gesjouwd met
vele kilo's boeken, agenda, schrijfmateriaal en dergelijke zaken.
In de 19e eeuw was de situatie heel anders. De schooltas bleef in het
schoollokaal en bevatte het materiaal dat dagelijks nodig was, zoals een
leitje en griffeldoos, sponzendoos en soms ook een ganzenveer die door de
meester was aangesneden. De 'tassen' van toen waren rechthoekige houten
kistjes met schuifdeksel. Omgekeerd op de knieën gelegd vormden ze een
ondergrondje voor de lei of schrijfpapier. Niet in gebruik? dan werden ze aan
de wand gehangen. Eikenhouten tassen versierde men meestal met snijwerk,
vurenhouten exemplaren werden fraai beschilderd en als regel voorzien van
naam en jaartal. Ons museum heeft er enkele in de collectie.
Het onderwijssysteem in die jaren verschilde sterk van het huidige. De
schoolmeester troonde op zijn katheder, met in het lokaal een groot aantal
kinderen, die ieder voor zich bezig waren met de leersof waar ze aan toe
waren.
Ieder op zijn beurt werd naar voren geroepen om overhoord te worden,
één of tweemaal daags. Het ging vooral om spellen, schrijven en cijferen. Van
klassieke uitleg of onderricht was geen sprake. Daarvoor waren de groepen
te groot en uiteenlopend. Groepen van 80 of meer kinderen waren geen
uitzondering. Er was ook geen vorm van landelijke regeling. De organisatie
was van gemeente tot gemeente verschillend.
In het jaar 1806, nu 200 jaar geleden, werd door het dorpsbestuur een
'Reglement, Ordre en Instructie voor den Schoolonderwijzer' uitgevaardigd.
Daarin waren ondermeer de schooltijden geregeld: 's morgens van half
negen tot elf uur en 's middags van een tot half vier. In de wintermaanden
was er in de avonduren voor oudere leerlingen gelegenheid tot onderwijs in
Italiaans boekhouden (boekhouden volgens een toen gebruikelijke Italiaanse
methode) en stuurmanskunst. Voor De Rijp, met zijn handel, negotie en
scheepvaart was dit extra van betekenis. Het kaarslicht dat dan brandde
moest door de leerlingen bekostigd worden.
222
Museum
Bulletin