kandidaat vermoordt, berooft alle kiezers van een keuze, ook van de keuze om tegen hem te stemmen (die de mijne was geweest). Maar de stemming werd al regelrecht kwaadaardig: 'de kogel kwam van links'. De tijd van de grote afrekening was aangebroken, leek het. Driftkopjes zijn kort van memorie. Even later was het allemaal alweer vergeten. Anderhalf jaar daarop kwam de kogel niet van links en ook niet van rechts, maar wel van de andere kant. Theo van Gogh werd afgemaakt. Dat vergiftigde de stemming nog verder. En toen volgde het referendum. Het Europese referendum Weer een goed halfjaar later volgde de volksraadpleging over het Europees constitutioneel verdrag. Voor de theorie der nationale humeuren was het Europees referendum een test case. Aan het begin van het jaar 2005 was nog 68 procent van de ondervraagde Nederlanders vóór de nieuwe grondwet van Europa, maar toen het eenmaal op stemmen aankwam bleek dat twee derde zich tegen het ontwerp had gekeerd. De kiezers waren in een pesthumeur. Wa nou, Europa? Geld-verspillers, zakkenvullers, zal je bedoelen, betuttt aars die zich met alles bemoeien en wat echt Nederlands is aan Nederland zonodig moeten afschaffen.' Het grondwetsvoorstel werd honend weggestemd. De gevestigde politici zagen de bui al hangen en hielden zich op de vlakte. De weken vóór de stemming werd het podium aan grapjurken en kwaad sprekers overgelaten. Scepsis, ironie en cynisme zetten de toon. Niemand durfde nog te herinneren aan de hoge waarden die Europa moest belichamen of aan het reusachtig profijt dat Nederland al die tijd van de Unie had gehad. Een lang mensenleven al heerst er vrede in Europa. De welvaart is alsmaar toegenomen. De sociale voorzieningen zijn op een redelijk niveau behouden gebleven, niet ondanks maar juist dankzij de Europese Unie. De verdragen en de instituties van Europa vormen een vast geborchte voor de mensenrechten en het volkenrecht, een hechte uitvalsbasis voor de democratische missie. De eerste afwijzing van de Europese constitutie kwam uitgerekend van Frankrijk waar de boerenstand al meer dan een halve eeuw teert op een goedgevulde bedelnap van de Europese Unie. Even later kwam de afwijzing uit Nederland, een klein land dat alleen op zo grote voet kan voortbestaan door de handel en het transport op die ruime, die Vrije Europese markt. Maar de Fransen waren kwaad op hun kabinet-Raffarin en de Nederlanders op hun regering-Balkenende. Net als bij de dorpsverkiezingen geeft ook bij stemmingen over Europa de nationale politiek blijkbaar de doorslag. En daar regeert het kwaad humeur. 175

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Een Nieuwe Chronyke van het Schermereiland - Graft-de Rijp en Schermer | 2006 | | pagina 55