Nederland schommelt van balorig naar
kwaadsappig
Bij het terugkijken op het verleden is het soms heel verhelderend om je
bewust te zijn van 'het heden'. Abram de Swaan beschrijft het heden op een
heel speciale manier. Misschien herkent u uzelf niet helemaal in het verhaal,
onze leden zijn vast niet 'kwaadsappig. Maar dat neemt niet weg dat de visie
van Abram de Swaan heel origineel is. Onderstaande is een deel van een
artikel van hem in de Volkskrant van 25 februari 2006. Abram de Swaan
(1942) is hoogleraar sociale wetenschappen aan de Universiteit van
Amsterdam. Als er stukken weggelaten zijn is dat met aangegeven.
Steeds meer Nederlanders lijden aan een slecht humeur. Het lijkt wel of
gans het volk steeds bozer wordt. Een kleinigheid is genoeg voor een
driftbui. Nog pas besloot de Taalunie dat 'paardebloem' toch beter zonder 'n'
gespeld kan worden. Meteen brak alom de revolte uit: 'De maat is vol. We
nemen het niet meer!' Een week later blijkt dat de inlandse burgers niet
langer kunnen verdragen dat er buitenlands op straat wordt gesproken. Vort,
weg met dat stuitend koeterwaals'. In Nederland spreken wij Nederlanders
Nederlands.' Zodra de woedebui bestorven is raakt het spreekverbod
vergeten. Een orkaan in een vingerhoed. Wat er straks van rest is enkel gêne.
Kippendrift
De kippendrift waarmee op de onbeduidendste voorvallen wordt
gereageerd, lijkt mij veelbetekenend voor de gemoedstoestand van de natie.
Er hoeft maar dat te gebeuren of er moet streng gestraft, gekort, ontslagen,
opgesloten, uitgezet of afgetaaid worden. Het nationale slecht humeur wordt
bij voorkeur botgevierd op nieuwkomers en minderheden, maar ook op
ambtenaren en politici. Het volk is boos, en in die boosheid herkent het zijn
medestanders. Dat zijn Medelanders, net als zij. Politici en ambtenaren horen
daar niet bij, want die betuttelen en bevoogden het gewone volk en denken
enkel aan hun eigen zak en zaak. Veel van die politici geloven dat ze om de
kloof met hun kiezers te overbruggen zich minstens even chagrijnig en
venijnig moeten betonen.
In Nederland schommelt de gemoedstoestand de laatste jaren tussen
balorig en kwaadsappig. Dat werd pas goed zichtbaar met Pim Fortuyn, ook
een heel boze man, die 'de puinhopen van paars' wou komen ruimen. Kom
nou toch, die coalitie had allicht een paar steken laten vallen, maar een
puinhoop had ze er niet van gemaakt. Na de moord op Fortuyn greep de
boosheid nog verder om zich been. Dat was maar al te begrijpelijk. Wie een
174