Uit de pen van Paul Nooij
De menselijke maat
Uit de pen van de laatste "uit-de-pen-schrijver" Gervien Pielage
vloeide -rakend aan zijn beroepservaring- een artikel over bijzondere
verhoudingen, toegespitst op het werelderfgoed Beemster. Gervien verhaalt
onder andere over wegen, sloten, kavels, over roeden, voeten, duimen.
Het leek mij een goede gedachte hierop in aansluiting nog wat voort te
mijmeren over lengtematen. En wel naar aanleiding van een maatstok, die in
de Walvisvaart-vitrine van ons museum ligt uitgestald: de baleinen ellemaat,
die we van het Nationaal Natuurhistorisch
Museum "Naturalis" uit Leiden (uit de
beroemde collectie Van Deinse) in
bruikleen hebben gekregen. Dit voorwerp
raakt door het gebruikte materiaal
(walvisbalein) aan ons museum en raakt als
gebruiksvoorwerp "gereedschap" aan mijn
oorspronkelijke beroepsgebied: textiel.
In het museum beschikken we niet
alleen over de prachtige baleinen ellemaat,
maar in ons depót kunnen we nog een paar
exemplaren vinden: gemaakt van hout met
professionele nauwkeurigheid of gemaakt
met een wat mindere maatvastheid. Allen
echter volop in gebruik geweest door onze
voorouders. En dat hoeft niet eens zo heel
ver terug in de tijd te liggen.
In de goede oude tijd maten de mensen
nog met handen en voeten. Maar ook
andere lichaamsdelen waren goed te
gebruiken om te meten: van de kleine
duim, de grotere palm, die bepaald wordt
uit de breedte van vier naast elkaar gelegen
vingers, de span als afstand tussen de top
van de duim en die van de pink bij
gespreide vingers, de voet, de vadem als de
afstand tussen de toppen van de
middelvingers bij wijd uitgespreide armen.
112
Museum