Leiden is de bakermat van de landmeetkunde. Niet zo gek dat er gemeten werd in de Rijnlandse maten. De basiseenheid van het Rijnlandse matenstelsel was de Rijnlandse roede waarvan de lengte door twee inkepingen bij de ingang van het stadhuis van Leiden was aangegeven. Deze gingen in 1929 verloren toen het stadhuis door brand werd verwoest en zijn bij de herbouw vervangen door twee ijzeren knoppen. Een kopie van de oorspronkelijke Rijnlandse roede in de vorm van een lange ijzeren staaf werd vroeger in de Leidse sterrenwacht bewaard en bevindt zich nu in Museum Boerhave te Leiden. 1 roede 12 voeten 3,76 meter 1 voet 12 duimen 31,3 centimeter 1 duim 2,61 centimeter renaissancetijd ook in het landschap zichtbaar maken. De basis is een rasterwerk van vierkanten van wegen en waterwegen. De wegen snijden elkaar loodrecht en vormen zo een wegenvierkant. Het wegenvierkant is doorsneden door tochten, zodat vier kwadranten ontstaan. In elk kwadrant zijn in principe vijf kavels van 100 morgen gepland. De zijde van het vierkant is 500 Rijnlandse roeden, gelijk aan 1880 meter. Nu is het de kunst om het raster van vierkanten zodanig op de kaart te leggen dat er tussen de omringdijk en de vierkanten nog goed te gebruiken restkavels ontstaan. De 'hoofdlijn' in het raster is een lijn die van nagenoeg noord naar zuid loopt en de polder in twee gelijke stukken verdeeld. De Middenweg werd op deze lijn gesitueerd. Aan deze middellijn werd het rasterwerk gekoppeld en zo komt op het papier een zestal wegenvierkanten, gevormd door Oosthuizerweg, Hobrederweg, Rijperweg en Volgerweg in de west-oost richting en Jisperweg, Middenweg en Nekkerweg in de noord-zuid richting. Deze zes vierkanten geven een in de Renaissance veel gebruikte verhouding tussen lengte en breedte weer, namelijk 2:3. In de eerder beschreven ruimte in het museum kijkt Leeghwater naar een raam, waarvan de ruitjes, roedenverdeling, 14 bij 21 centimeter is. Dus ook hier een verhouding van 2:3! Een ander harmonisch verhoudingsgetal tussen lengte en breedte is een verdeling volgens de Gulden Snede. Op deze wijze zou de Purmerenderweg en Wormerweg zijn uitgezet (zie tekening). Bulletin

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Een Nieuwe Chronyke van het Schermereiland - Graft-de Rijp en Schermer | 2005 | | pagina 51