it de pen van Gervien Pielage
1973)
In 't Houten
zien. Naast
:n van hout-,
nheid van de
rbij centraal
evraagd voor
zorging van
:ma. Diverse
kwamen zijn
ter. De kunst
t vooral tot
:eningen met
Museum
Bijzondere verhoudingen.
Achter het glas zit hij. Jan Adriaansz. Leeghwater. In het nieuwe
museum is een speciale ruimte voor hem gereserveerd, waar Jan temidden
van zijn tekeningen, krompasser, kaarten, enz. aan het werk is. De krullen
liggen op de grond alsof hij nog pas aan het schaven is geweest. Voor het
glas zie ik de koperen plaat en afdruk van de kaart van de Starnmeer, een
van de droogmakerijprojecten waar Leeghwater bij betrokken was.
Door mijn werk bij het waterschap en betrokkenheid bij het
Werelderfgoed Beemster heb ik de koperen platen en de daarvan afgedrukte
kaarten van Beemster van dichtbij mogen bewonderen. Als ik nu Leeghwater
zo zie zitten tekenen (maar er komt nu weinig uit z'n vingers), denk ik aan de
enorme klus die het Beemsterproject met zich mee bracht en de grote
leerschool die deze droogmaking is geweest voor de plannenmakers,
landmeters, uitzetters, dijkenbouwers, molenbouwers, slotengravers en
natuurlijk ook voor Jan Adriaanszoon. Het Beemsterproject was het begin
van Leeghwaters roemruchte carrière.
In 1999 heeft de Unesco het predikaat Werelderfgoed aan Beemster
verleend. De commissie noemde de droogmakerij 'Een creatief meesterstuk
waarbij de 17e eeuwse idealen nog steeds goed waarneembaar zijn in het
totale gebied'. Een van die idealen uit de renaissancetijd is de relatie tussen
de mens en zijn leefomgeving: harmonie! Dit ideaal werd gevonden in
symmetrie en geometrische figuren in het landschap. Zuivere vierkanten en
verdeling met gebruik van de 'gulden snede' werden door de plannenmakers
uitgedacht en door de landmeters in het veld uitgezet. Ik ga wat dieper in op
het werk van landmeters en kaartenmakers.
Een nauwkeurige kaart van het Beemstermeer en ommelanden was
noodzakelijk om de schetsen en ideeën in te tekenen en een definitief
inrichtingsplan te kunnen maken. Wij Hollanders waren een volk van
zeevarenden en fortenbouwers en dus ook kaartenmakers van huis uit. Zie
bijvoorbeeld de prachtige kaartenatlassen van Bleau! Een kaartenmaker kan
niet zonder een goede landmeter. In de 17e eeuw, de Gouden Eeuw, stond
Holland bekend om zijn landmeters, die de opleiding in Leiden hadden
voltooid. De Leidse academie had op verzoek van prins Maurits vanaf 1600
een in het Nederlands gegeven opleiding tot militair en civiel ingenieur: 'de
Nederduytsche Mathematiqua'. Beroemd uit deze tijd zijn wetenschapper
Bulletin
227