dwalinge met spitsvinnige redeneringen voor te staan. Verder hebben velen
van hen, in haren ommegangh een uiterlijken schijn van borgerlijkheit en
sedelijkheit vertoonende, bij onervarene somtijds een sekere agtinge ver
kregen. 16
Nieuwentijt als experimenteel natuurkundige
In 'Het regt gebruik der wereldbeschouwingen' beroept Nieuwentijt zich
herhaaldelijk op aantekeningen gemaakt naar aanleiding van eigen experi
menten. Het betoog in het,in wezen godsdienstige, werk berust in feite op
de fysica. Aan zijn boek voegde hij tal van afbeeldingen op dit gebied toe,
waardoor het werk ook een populair-natuurwetenschappelijk karakter kreeg.
Een aantal van die afbeeldingen zijn in dit artikel toegevoegd. De experimenten
deed Nieuwentijt waarschijnlijk in Purmerend, waar hij een genootschap om
zich heen had verzameld van heren die op de zaterdag experimenten uit
voerden. Omstreeks 1690 voerde hij ook scheikundige proeven uit, misschien
soms samen met jongere broer Eleazar die de scheikunde beoefende. Deze
Eleazar heeft zijn hele leven in West-Graftdijk gewoond en had daar ook een
laboratorium. Het is niet onwaarschijnlijk dat Nieuwentijt al in het laborato
rium in de pastorie in West-Graftdijk scheikundige proeven uitvoerde.17
Bi s
De geleerde in zijn kamer
V Q_
F'S- 3
20