Een stukje geschiedenis van het 'Gemeene Wees- en Armenhuis' te De Rijp De oudst gevonden vermelding waaruit blijkt dat op de plaats van het huidige museum Tuingracht 13 een pand heeft gestaan ten nutte van de gemeenschap, is een notitie van de Vroedschap van 18.12.1700 waarbij 'aan de buren of luijden op de tuynbuurt' toestemming wordt gegeven op hun eigen kosten 'lantaarne' te plaatsen en aan de armenvoogden te verzoe ken een jongen uit het 'Aalmoeseniershuys' aan te wijzen die 'op deselfe past', hetgeen ongetwijfeld wil zeggen dat hij dan de zorg had voor het ont steken en doven van de lichten. Uiteraard diende daarvoor dan wel door die buren aan de armenvoogden een vergoeding te worden betaald. Dat 'Aalmoeseniershuys' was geen weeshuis doch een tehuis waarin 'de arme tot gene Gemeente kerkelijke geloofsrichting) behorende' werden ondergebracht en ondersteund. Er woonden dus niet alleen kinderen, maar ook behoeftige weduwen en ouden van dagen, die allen door de zogenaamde Binnenvader- en moeder werden verzorgd, volgens door de vroedschap op gestelde huisregels. Het 'gemeene weeshuys' stond in die tijd in de Rietbuurt en moet niet worden verward met het Doopsgezinde weeshuis dat was gele gen in de Venbuurt. Het 'Gemeene Wees- en Armenhuis' aan de Tuingracht waar vanaf 1937 tot ca. 1960 het Oudheidkundig Museum was gevestigd. 52 MuseurBulIetin

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Een Nieuwe Chronyke van het Schermereiland - Graft-de Rijp en Schermer | 2004 | | pagina 52