Club van Honderd
We gingen direct aan de gang. Omdat ik meer tijd had dan Aldert, die een
drukke baan had en een jong gezin, schreef ik de verzoeken om financiële
ondersteuning waarna Aldert ze kritisch doorlas en meestal nog wel met een
aantal verbeteringen kwam. De gesprekken met potentiële geldgevers
voerden we doorgaans samen. In enkele gevallen kregen we versterking van
mevr. Van Wel-Karbet, van wethouder Smit of van Rein Aatjes. Toen de
Alkmaarse Vuilverbranding feestelijk haar Leeghwaterhaven opende en met
een schip vol genodigden een vaartocht op het Alkmaardermeer maakte,
waarbij Cor Booy op overtuigende wijze de rol van Leeghwater op zich nam,
ontving Aldert van de directie een cheque van f 20.000. Dat was voor het
bedrijf een ongebruikelijk hoog bedrag; de weg er naar toe was gebaand door
mevr. Van der Stroom, burgemeester van Schermer en in die hoedanigheid
commissaris van de Alkmaarse Vuilverbranding. Dit is overigens maar een
van de voorbeelden, hoe door de inzet van leden van het Comité van
Aanbeveling bedragen binnenkwamen, die we anders zeker hadden gemist.
In die periode maakten Aldert en ik ook kennis met mevr. Ulrich en de
heer Leek van de Stichting Able. Zij waren van plan een hotel bij De Rijp te
bouwen, waarin 50 van de 150 kamers speciaal ingericht zouden worden
voor rolstoelrijders, astmatici en andere lichamelijk gehandicapten. Dit
bracht ons tot de overtuiging dat wij ons museum ook voor deze categorie
bezoekers zo gastvrij mogelijk moesten maken. Ik heb toen het project Dorp
van Leeghwater - Volwaardige museale participatie door gehandicapten
geschreven en dat werd voorgelegd aan de Mondriaan Stichting en het
Cultuurfonds Bank Nederlandse Gemeenten. De Mondriaan Stichting kwam
met een toezegging van f 100.000. Het Cultuurfonds sloot daarbij aan met
f 50.000. Toen de zomer op zijn eind liep, hadden we ongeveer f 450.000
bijeen. Toen we in oktober van de raad van de gemeente Graft-De Rijp een
garantie voor de nog ontbrekende f 100.000 kregen, konden we
gedeputeerde Neef melden dat we het hele bedrag bijeen hadden. Toen
vervolgens Gedeputeerde Staten en in het voorjaar van 2000 ook Provinciale
Staten akkoord gingen met het voorstel van de heer Neef, was de
financiering van het nieuwe museum rond.
In samenwerking met de Rotary Purmerend-Polderland werd een Club van
Honderd opgezet. Het doel daarvan was om een bedrag van f 100.000 bijeen
te brengen en om particulieren en bedrijven in de gelegenheid te stellen het
plan voor een nieuw museum te steunen. Met succes, want er zijn nu ruim
negentig leden. Hun bijdragen vormden een sluitsteen voor de financiering.
Maar de Club van Honderd had meer effecten. In de eerste plaats
34
Museum