De verkoop van het oude orgel is de aanleiding tot een
jarenlange broedertwist12
Y
De Vermaning in De Rijp die in 1950 werd gesloopt
Op 25 aug., 26 aug. en 2 sept. 1948 wordt het orgel in drie delen naar
Zaandam vervoerd door transportbedrijf J. de Boer voor f 60.- Het komt in de
doopsgezinde kerk Westzijde. De kosten voor het demonteren, inpakken en
weer opstellen van het orgel zijn f 650,16.11
De eerste gegadigde voor de aankoop
Op 29 aug. 1949 krijgt Dr. M. A. Vente (adviseur in orgelbouwzaken) in
Zwolle belangstelling voor het orgel. In een brief d.d. 2 sept. 1949 stelt Vente,
in zijn hoedanigheid van secretaris der Rijkscommissie van Advies voor Kerk
orgels aan de secretaris van de doopsgezinde gemeente in De Rijp voor om
het orgel op de monumentenlijst te laten zetten. Hij heeft hierover ook een
briefwisseling met Ds. Keuning, doopsgezind predikant in De Rijp. Vente ver
huist naar Utrecht en naast het geven van adviezen doet hij nu ook aan be
middeling bij de in- en verkoop van orgels.
In de wachtkamer van het station in Hilversum heeft hij een gesprek met
157
