van elk vijftig jaar zijn gehakt. Elk blok wordt voorafgegaan door een in
leiding waarin telkens terugkerende thema's aan de orde komen. Iedere
inleiding bestaat uit de hoofdstukken 'Algemene ontwikkelingen',
'Planning, indeling en gebruik', 'De vaste interieurafwerking' en 'De losse
inrichting'. Na de inleiding wordt dan het beeldmateriaal uit de betreffen
de periode gepresenteerd, waarbij elk object van uitgebreid commentaar
wordt voorzien.
Dat alles levert een fascinerende gang door de tijd op, waarbij de au
teurs zich er echter terdege bewust van zijn dat lang niet elke afbeelding
ook zondermeer kan worden beschouwd als een waarheidsgetrouwe
weergave van een interieur 'zoals het is geweest'. Zo geeft bij voorbeeld
het prachtige schilderij van Emanuel de Witte, Interieur met vrouw aan
een virginaal (afb. 99), met zijn onwaarschijnlijke opeenvolging van ach
ter elkaar liggende vertrekken, zeker niet een bestaande situatie weer.
Ook de talrijke schilderijen van woonkamers met virtuoos in perspectief
afgebeelde vloeren van zwart en wit geblokte marmeren tegels moeten
eerder als ideaalbeeld of als artistieke krachttoer worden beschouwd, dan
als objectieve registratie van een geziene werkelijkheid. Marmeren tegels
lagen uitsluitend in het voorhuis; voor woonvertrekken gaf men, ook in
de huizen der rijken, de voorkeur aan houten vloeren, die aanzienlijk be
haaglijker aanvoelden. Overigens kon zo'n houten vloer, die met grote
zorgvuldigheid van het beste materiaal werd gemaakt, aardig kostbaar
zijn. Dat brengt me op een onvermijdelijke eigenschap van dit boek: ver
reweg het grootste deel van het materiaal brengt voorname interieurs in
beeld. De stulpjes van de minder bedeelden werden nu eenmaal niet zo
vaak vastgelegd. Toch hebben de samenstellers nog wel wat afbeeldingen
van eenvoudiger woningen kunnen vinden, zoals een aardige tekening
van de zolder van een woonhuis met de slaapplaats van een knecht (afb.
47) en een tekening van Andries Both waarop we eveneens een zolderver
dieping zien die dienst doet als opslagplaats van schilderijen (afb. 48).
Toch zijn zulke beelden tamelijk zeldzaam. Pas met de opkomst van de
fotografie doen ook afbeeldingen van armelijke interieurs op grotere
schaal hun in-trede, zoals een foto van een eenkamerwoning aan de
Amsterdamse Lindengracht, gemaakt in opdracht van de Bouwonderne
ming Jordaan om de slechte woonomstandigheden van de mindere
stand te illustreren (afb. 439).
Het zal zo langzamerhand wel duidelijk zijn: dit boek is een ware schat
kamer van interieurafbeeldingen. Eén voorbeeld tot slot. Omstreeks de ja
ren negentig van de 19de eeuw liet een echtpaar uit de gegoede burgerstand
een soort reportage van hun woonhuis in de P.C. Hooftstraat in Amsterdam
30
Museur Bulletin