De Schermerhornsche Vrijstermarkt. In het boekje Karakterschetsen, Zeden en Gewoonten van Mannen en Vrouwen in het jaar 1816 vinden we het verhaal van een reis door Noordholland. De Engelse reiziger G. Johnson komt op zijn reis ook in Schermerhorn. Wat hij daar hoort en ziet kunt u in dit verhaal lezen. Nauwelijks waren wij in de rust, of wij werden door eenige dozijnen muggen, waarvan Noordholland op de meeste plaatsen wemelt, zoo hevig gekweld, dat wij herhaalde reizen genoodzaakt waren ons bed te verlaten, en even als wanhopende met dit gonzend gedierte strijd te voeren: dit duurde voort tot dat de zon zich boven het geboomte verhefte, en dit lastig gespuis verjoeg. Wij stonden gemelijk op, en deden, na het ontbijt genomen te hebben, eene wandeling naar eenige buitenplaatsen, die voornamelijk aan den Volgerweg gebouwd zijn; doch de onrustige nacht, welken wij hadden doorgebragt, had invloed op onze beschouwing, wij vonden alles minder fraai dan den vorigen dag, wij keerden spoedig terug, en lieten het rijtuig inspannen om onze reize over Schermerhorn naar Alkmaar voort te zetten. Onder weg spraken wij breedvoerig over de oordeelvellingen en de oorzaken, waarom vele menschen van bijna dezelfde opvoeding, ervarendheid en jaren, eene en dezelfde zaak op zulk eene verschillende wijze beoordeelen, en waarom de een hetzelfde voorwerp met een zeer gunstig, en de andere met een zeer ongunstig oog beschouwt, wij ondervinden het nu zelve, zeide de heer Johnson, hoe de kwelling van een verachtelijk diertje ons dezen morgen geheel anders heeft doen zien dan dan eenige uren te voren toen wij opgeruimd en vrolijk waren: heeft eene beuzeling zoo veel vermogen op den geest, wat moet het dan niet zijn, zoo de menschen door wezenlijke rampen, door ziekten of verdriet, of groote te leurstelling gefolterd worden; en dit is misschien de bron van zoo vele zeer verschillende beoordeelingen omtrent beroemde landen, steden en dorpen, ook omtrent vele werken van genie, van smaak, van geleerdheid en kunst.- Gemeenlijk gevoelt men eenige verligting in zijn lijden, wanneer men rondborstig daarover spreken kan, dit had bij ons dezelfde uitwerking; wij waren naauwelijks een half uur voortgereden, of onze opgeruimdheid van geest kwam terug, en wij beschouwden de vruchtbare velden en het zwervend vee wederom met groot genoegen, tot dat wij te Schermerhorn aamkwamen. Dit is een niet onaanzienlijk dorp, tusschen de Beemster en het 25

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Een Nieuwe Chronyke van het Schermereiland - Graft-de Rijp en Schermer | 1998 | | pagina 28