De oude school werd gesloopt en maakte plaats voor een nieuw postkantoor. De Grafter school, anno 1876, kon de leerlingen nog bergen. Openbaar of bijzonder Het onderwijs was nog steeds staatsmonopolie. De grondwet stelde: "Het openbaar onderwijs is voorwerp van aanhoudende zorg der regering". De roep om bijzonder onderwijs nam toe. Langzamerhand verschenen scholen met de bijbel en r.k. scholen. Al voor 1900 hadden de katholieken in ons land zonder enige subsidie bijna 500 scholen, met in totaal zo'n 80.000 leerlingen. De ouders voelden het als een onrecht dat zij via de fiscus meebetaalden aan het openbaar onderwijs, om vervolgens offervaardigheid te betonen voor de eigen scholen Er kwam echter verbetering Het ministerie Mackay erkende in 1889 in principe de rechtsgelijkheid; salarissen werden voortaan gesubsidieerd. Pas in 1917 werd via een grondwetsherziening de financiële gelijkstelling doorgevoerd: "Bijzonder onderwijs dat aan de eisen der wet voldoet wordt naar dezelfde maatstaf als het onderwijs bekostigd". In de L.O. wet van 1920 werd de maatregel nader uitgewerkt. Van deze tijd af nam het aantal bijzondere scholen sterk toe Telde in 1900 het openbaar onderwijs nog tweemaal zoveel leerlingen als het bijzonder, in 1940 was dat andersom. Een parochiale school Pastoor P. Vromesteyn (in De Rijp 1890-1900) was vooruitstrevend te noemen en hij ging voortvarend te werk. In de geest van de katholieke emancipatiegedachte ijverde hij voor bepaalde voorzieningen, die men tot dan toe voor onmogelijk had gehouden. Een eigen begraafplaats werd op zijn initiatief gerealiseerd. In de notulen van het kerkbestuur staat te lezen: "Het bestuur is van mening dat het aanleggen van een Doodenakker de wensch zal zijn van schier alle parochianen". Men vergaarde de financiële middelen en verkreeg toestemming van gemeente en bisdom. Op 20 oktober 1891 werd het kerkhof ingewijd, in aanwezigheid van belangstellenden en genodigden, onder wie burgemeester S. Appel. In 1896 werd de pastorie grondig verbouwd onder leiding van architect Groenendaal uit Amsterdam. Aannemer was J. Messchaert uit Graftdijk. De kosten ad 2650 werden grotendeels bijeengebracht via een verloting van "voorwerpen van kunst en smaak". 110

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Een Nieuwe Chronyke van het Schermereiland - Graft-de Rijp en Schermer | 1997 | | pagina 8