Soms voel ik me daar heel gelukkig mee, ook al was het een bere-eind lopen
naar school.
99
met zekere
lux".
ensen in de
.én van hen
dere bij het
ter overging
hervormde
:ijn bijnaam
een andere
ïjgezel was
gekweekt uit de opbrengst van de tolgelden. Daaruit werd de aanleg
bekostigd van de weg op het stukje dijk langs het kanaaltje, ten gerieve van
onder andere de scheepsjagers die de schepen in en door het kanaaltje
trokken.
Hoe zat het intussen met de zeelui, waarvoor de Zaanse ondernemers
aanvankelijk zo beducht waren9 Wel. ik heb er nooit van gehoord dat die te
Kogerpolder problemen hebben veroorzaakt. Mogelijk heeft de kroeg van
Kogerpolder die voorkomen. Jawel: de buurtschap nabij de vlotbrug moge
dan klein zijn geweest: zeven a acht woningen (en later ook nog een school
met onderwijzerswoning erbij), maar een kroeg was er. Die heb ik nog
gekend toen het al geen kroeg meer was omdat er geen schepen meer werden
gelost of overgeladen in het kanaaltje. Maar het afdak, waaronder eertijds de
zeelui hun pinten achterover sloegen, diende vrouw Heinis, de bewoonster
van het voormalige café. nog als de plek waar zij op maandagen haar was
hing te drogen, toen mijn schoolpad mij er langs voerde.
een andere,
ntje van het
was/is van
twee meter
van oudere
niet nodig,
als je dacht
"kanaaltje"
et volbracht
en!)
de Zaanse
ti aandelen a
de helft van
en af aan de
atierekening
lividend van
Klomphengel
Er is nog iets verdwenen in die buurt: het houten loopsteigertje met de
leuning waaraan een hengelstok hing, met een touw en een klompje er aan.
Dat steigertje stak een paar meter in het kanaaltje, naast de tuin van de
brugwachter. Met die klomphengel inden de brugwachters het tolgeld van de
schippers die door het kanaaltje kwamen gevaren. Die brugwachters waren
in rijksdienst en bedienden de vlotbrug over het Noordhollands Kanaal.
Maar het geel en bruin geverfde wachthuisje waarin zij op hun eigenlijke
werk zaten te wachten, had ook een raampje aan de zuidkant, waardoor ze
scheepvaartverkeer in het kanaaltje konden zien naderen. Zo vormden zij het
financiële verlengstuk van de Zaanse kanaalmaatschappij.
De nieuwe weg N246 heeft het allemaal doen verdwijnen: de Kom, de twee
tariefborden, de overslaghaven, het stuk grintweg, de oude kroeg, de klomp
hengel. Ook het brugwachtershokje en de vlotbrug zijn er al lang niet meer
en zelfs het zwemexamen schijnt tegenwoordig anders in zijn werk te gaan.
Maar de herinneringen zijn er nog.
Cor Booy
epen gelost,
>nds worden
(Bron: R. Laan "Wessanen's Koninklijke Fabrieken 1765-1940" pag. 69-73)