Alleenig tot gedagtenis
door Gerrit Woestenburg 1787
Overgeschreven door P.Tijburg 1824
Overgeschreven door K.Weeshoff Corneliszoon 1888.
WATERLAND (winter)
Reeds lang is zomer uitgebloeid.
De herfst voorbij, liet wat vermoeid
En stil ons waterland
Nu heerst het donk're stormgeweld
Of houdt de winter haar gekneld
In blinkend-brede band.
Maar mooi toch mooi is zij altijd
Want zag je ooit de lucht zo wijd
De wolken groot en schoon!
Door 't schamel en geschonden riet
Speelt nog het licht, gaat nog een lied
Een ijle zilv'ren toon.
En soms in ritselende val
De vochte adem van 't heelal
Haar 't donzen sneeuwkleed bracht.
Of tekent met kristallen-fijn
Tot d'ongemeten vertelijn
Een fonkelende pracht.
Het leven heeft zijn donk're strijd
Wij zien de schoonheid niet altijd
Door 't leed dat ons geschiedt.
Maar niets ook zo vertroosten kon
Dan als men weer in 't licht der zon
Zijn land als 't mooiste ziet.
J.Kostelijk-Bom