85 Uofplen Jddefuaam om te eten. I/u dient er ooch cfeSeift en na de hunst beschreven, l L/at voetsel aen dep menSch de vogels honnen geven. ?r dient dan in t gemeen van alle man geweten, ^-it niet ioo goet en ii van ons te zijn gegeten li vlegs, dat door de lucht met rappe vteuaels Sweelt -ddet Schijnt dat haer geSwier get van den hemel heep, ~/'l weit de lucht hewopnt en Sweeft op Snelle veeren, /ie zou ic hl oven al voor onsen disch hegeeren. na de hunste Segt, deddanen van di'dJinnen irmist haar doeden aert, die moeien wel beginnen j zijn den eersten grondt, dat Sap en voetsel cjeeft, n al den rappe hoon die om den hemel Sweeft. ya/uarteli, Jortel-auuj^JaSanten en f atrijsen ie hoort men voor heguaam dooralde wereldprijien; Je cJiister in haer tijt dient mede niet verSmaet edpeuwerch en de {/inch staen in gelachen graet. djSnep dient hoven a looch h ier in uc nt te h omen er drech wordt even SelfS voor lecherng genomen. Maar zoveel is er in de eeuwen ook niet veranderd. Nog steeds zijn fazanten, patrijzen, watersnip en houtsnip gezochte prooidieren voor de vrijetijdsjagers en staan de kwartel en de duif op het menu van menig officieel souper. Beneden onze grenzen en speciaal in de landen om de Middellandse Zee behoren lijsters, merels, leewerik en vele andere kleinere zangvogels tot normale voedingsmiddelen. Wij zullen Cats dus zijn aanbevelingen maar niet al te kwalijk nemen en eens gaan kijken hoe het brood het er van afbrengt. Cats heeft het niet op de korsten van het brood en ik vraag me af of de bakkunst toen nog niet zo best was, of dat hij last had met zijn gebit,want: ,n lagt geen heet gehach ugt uwen oven homen )m t wijl het werrem is te werden ingenomen; lijt ooc h dat al te langh gelachen heeft aestuen, int daar ugt is de hraclit ten deele wegh gegaen hunst heelt over langh en meest van al gepreSen, Jdroot, open, fris, en nieuw, en luchtigh opgereSen. fedesemt na den eijSch, dat duif Sent oogen heefty Jan siet men dat de (feest daer in ten volle leeft. hors te van het h rood, Soo hoven als heneden, ient ons te zijn gemijt of af tg zijn gesneden, yor die de aallc vreest en wat er ugt ontstaet, it hrooddat horstigh is, is voor de (falie guaet.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Een Nieuwe Chronyke van het Schermereiland - Graft-de Rijp en Schermer | 1996 | | pagina 23