Het polderbestuur bleef tijdens de bouw wel op de kleintjes letten, want toen op 14 september 1928, De Wit berichtte dat er bliksemafleiders op de drie gemalen konden worden geplaatst en adviseerde dit werk te laten uitvoeren door de laagste inschrijver (fa. Humer te De Rijp), vond het bestuur de prijs te hoog. Het bestuur was namelijk van mening dat de koperdraden van de oude bliksemafleiders van de molens konden worden gebruikt. Uit de briefwisseling tussen de aannemer Arie van der Berg en het polderbestuur blijkt dat het schilderwerk door schilder T. Keetman te Schermerhorn werd uitgevoerd, zodat ook de plaatselijke middenstand een graantje mee pikte. De bouw van de twee gemalen werd gerealiseerd onder toezicht van opzichter G. Verheus. Deze ging door het hele land en woonde tijdelijk bij elke bouwplaats. In de Schermer woonde hij aan de Zuidkust ii melen naast het te bouwen Julianagemaal. Hij woonde daar van maart 1922 t augustus 1929 met zijn gezin. Zijn twee dochters gingen in Driehuizen naar school De bouw van het gemaal liep niet helemaal naar wens. Dat leidde er toe dat een staat van boete werd opgemaakt, waaruit bleek dat de levering 20 dagen te laat geschiedde. De eerste capaciteitsmeting van hei gemaal "Wilhelmina" werd cp 22 ,pril 1929 's morgens 10 uur door de Provinciale 'waterstaat van Noordhoüand verricht. De uitslag was niet geheel bevredigend. Er werden enige aanpassingen verricht. Bij de volgende test op 18 oktober 192v werd de bemaling door De Wit goedgekeurd. De Machinisten De eerste machinist op het gemaal was Simon Plevier. Hij werd geuoren op 20 november 1899 te Schermerhorn als zoon van Jacob Plevier en Antje Steeman. Zijn vader was timmerman bij de polder. Bij de gebcort^araifte werd de vader vergezeld door twee getuigen, de buurman Jan de Boer, watermolenaar, en Cornelis Klerk, broodbakker. Ook in die tijd moest je er wel wat voor over hebben een goede klant te behouden. Het gezin Plevier woonde in het kleine huisje aan de Schermerdijk, op ongeveer 100 meter van de plaats waar later het gemaal "Wilhelmina" werd gebouwd. Vader Jacob Plevier werd bij het gereed komen van het gemaal "Juliana" in de gemeente Graft als machinedrijver aangesteld. In oktober 1926 werd Simon Plevier, op voorspraak van de heer D. Jongsma, gevraagd de functie van machinedrijver en timmerman op het gemaal "Emma" te aanvaarden. Simon aanvaardde de functie voor de tijd van een jaar. Toen de "Wilhelmina" gereed kwam, verhuisde Simon Plevier naar Schermerhorn, waar hij tot zijn pensionering op 20 november 1964 als 95

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Een Nieuwe Chronyke van het Schermereiland - Graft-de Rijp en Schermer | 1995 | | pagina 25