90
Eenige tijd daarna legt ook A.C. Smit zijne functie neer en bedankt
A. Blaauw als penningmeester. De laatste blijft echter bestuurslid.
Mej. B. Visser wordt nu penningmeesteres der vereeniging, terwijl P'. Bruin
Pz. het secretariaat zal waarnemen, totdat in de vacature zal zijn voorzien.
Laten we nu van de geschiedenis van het bestuur, waarvan de samenstelling
telkens nogal bezwaren met zich meebracht, overgaan tot de meer algemeene
en meer belangrijke gebeurtenissen der vereeniging", aldus het boek.
"In den beginnen stroomden de leden van alle kanten toe. In korten tijd was
het aantal tot ruim 40 gestegen. Doordat het land achter het café "Het Grafter
Wapen", dat de eigenaar welwillend als oefenterrein had afgestaan, nogal
klein was konden alle leden niet tegelijk oefenen, zoodat besloten werd de
aspiranten op andere avonden te laten spelen. Na eenigen tijd echter kwam er
een val. Velen bedankten als lid daar het spel hun niet meer behagen kon.
Ook was er dikwijls oneenigheid tussen de oprichters, zoodat de club dikwijls
op de rand van den afgrond gestaan heeft.
Gelukkig echter werden de gemoederen spoedig weer tot rust gebracht. Ook
werd de vereeniging weer versterkt door het als lid toetreden van verscheiden
jongens van West-Graftdijk die al spoedig goede krachten bleken te zijn. De
kern van de club werd sterker en daardoor het gevaar voor een val geringer.
Om betere inzichten in het spel te krijgen en om meer bekend te worden met
andere korfbalvereenigingen werd reeds spoedig besloten wedstrijden te
spelen, waardoor er meer vuur in het spel kwam. Ook werd tengevolge
daarvan de vereeniging uitgenodigd op andere plaatsen te komen spelen. Als
costuum werd toen gekozen een blauwe shirt met witte boord en omslagen,
daar er shirts van die kleur overgenomen konden worden van leden eener
voetbalclub, die vroeger te Graft en Omstreken bestaan had, terwijl enkele
van de leden van V.I.O.S. zelf zoo'n exemplaar in bezit hadden."
Er volgt dan een serie wedstrijduitslagen en een verhandeling over
deelneming aan seriewedstrijden, waarin VIOS met twee twaalftallen deelnam
en menige keer als winnaar uit het veld kwam. Door gestadige vooruitgang
werd besloten tot aansluiting bij de N.K.B., waardoor werd bepaald dat VIOS
in de competitie 1919-1920 moest uitkomen in de tweede klas van de Z.K.B.
In die competitie leek zowaar het kampioenschap voor het grijpen, maar
VIOS verspeelde dat door van ODJ te verliezen.
"Hoe dat mogelijk was, was toen ieder een raadsel", aldus de notulist.
De spelers in het twaalftal gedurende de eerste helft van de competitie waren
de heren A.C. Smit, N. Hop, D. Renooy, P.A. Smit, G. Klinkenberg en
P. Bruin Pz., en de dames B. Visser, G. Renses, M. Renses, G. Schuurman,
M. Prins en M. Verzijden. Invallers waren de heren A. Blaauw, G. Hop,
R. Nierop en A. van Petten en de dames L. Klinkenberg, N. Smit, G. Noë en
T. Heuvel.
In de tweede helft van de competitie werden opgesteld de heren A.C. Smit,
