>ost en :id. Boden te emming; de wel brieven, ostweg waar ervoer werd arakei ijk. De - ook van de ;els uit, maar van Samuel verbindingen terdam naar telefoon zijn r Hoorn v.v. 3meentebode cmaar-Hoorn fgaf. t deze postrit am voortaan r Hoorn en stenburg. Uit rverd. intebode. Hij t en De Rijp nnen worden ïze bodeloop de gemeente ning met het igen. Op dit vaaruit bleek denken. Wel :n. raafkantoor. i de minister ader bezwaar 51 aan worden voldaan. Naar aanleiding van een missive van het gemeentebestuur van De Rijp betreffende de vestiging van een telegraafkantoor, herhaalde de Commissaris des Konings dat aan het verlangen geen gevolg gegeven kon worden zonder een zekere opoffering van de zijde der gemeente. Als voorwaarde werd gesteld; het beschikbaar stellen van de nodige lokalen en het geven van een garantie op de ruwe opbrengst van het kantoor tot 2.000,--; bij een geringer resultaat zou de gemeente het bedrag moeten aanvullen. "Indien er alzoo bij U geene bedenking tegen deze regels bestaat kunt U zelve de oprichting van een zoodanig kantoor aan de Minister verzoeken", aldus de Commissaris in Haarlem. De Maatschappij De "Maatschappij tot bevordering van Nijverheid in De Rijp uit het fonds van wijlen Jan Boon Junior en van de firma Aidert en Jan Boon" rekende het kennelijk tot haar taak om plaatselijk de ontwikkeling van postwezen en telegrafie te stimuleren. Vooral de eerste directeur van deze Maatschappij, de heer Henricus Boonacker, volgde de ontwikkeling met grote belangstelling en naast de Nijverheid wilde hij wel méér bevorderen. Henricus was de zoon van Cornelis Boonacker, schout en burgemeester van De Rijp van 1806 tot 1814. In zijn jonge jaren had hij de functie van Waagmeester bekleed, naderhand werd hij Gemeentesecretaris en -ontvanger. Met zijn zoon Adolf werkte hij al enige jaren voor Jan Boon Junior, voordat beiden in 1848 bij testament de leiding van de Maatschappij werd opgedragen als directeur en adjunct-directeur. De kersverse directeur vestigde zich met zijn kantoor en woning in het huis van zijn vroegere heer. Hij was toen 52 jaar oud. In 1855 werd hij lid van de gemeenteraad en van 1860 tot 1869 was hij wethouder. Iii deze functie was Boonacker op de hoogte van de voorwaarden die warden gesteld aan de totstandkoming van een telegraafkantoor. Nu stonden er oostelijk van de directeurswoning nog enkele pakhuizen en woningen die tot het bezit van de familie Boon hadden behoord. Een van deze woningen (thans Rechtestraat 144) werd door de Maatschappij gratis beschikbaar gesteld met het doel er een telegraafkantoor in te vestigen. Telegraaf In 1866 leek de tijd daar langzamerhand rijp voor te worden. Het provinciaal bestuur had laten weten dat bij verdere uitbreiding van het telegraafnet in Noord-Holland de belangen van De Rijp niet uit het oog zouden worden verloren. Op 17 januari 1868 volgde de mededeling van Binnenlandse Zaken dat de aanleg van een telegraaflijn naar De Rijp ter hand zou worden genomen. Aangenomen werd dat een passend lokaal beschikbaar zou zijn, in te richten op kosten van de

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Een Nieuwe Chronyke van het Schermereiland - Graft-de Rijp en Schermer | 1995 | | pagina 6