6
personen voort. Een paar voorbeelden uit de rekening van
1671:
-Min de mant van october uijtgegeeven de som van 10 st.
(stuivers) ...aen 2 suldaten".
-"in de mant van november uijtgegeeven de som van 12 st....
aen een man die sijn huijs afgebrant was".
-"in de mant van de sember 12 st. geeven aen een man die
sijn wijlvaert bijder zee verlooren heeft".
Verder ondersteunden de diakenen het vrijkopen van in slaver
nij geraakte zeelieden. Weer enkele voorbeelden uit 1671:
-"ijn de mant van aprijl die aanknee (diakenen) van 3 huijsen
afsprooken voor een slaef van hoorn som 3 gl. (gulden)"
-"ijn de mant van meijus hebben die aanknee van 3 huijsen af-
gesprooken voor een slaef van wijnckel de som van 3 gl."
Dat de diakenen zelf niet voor armoede en gebrek veilig wa
ren, bewijst de opmerking onderaan de rekening van 1769: "N.B.
Nu moest wel Jan Hoef als oudst diaken geworden sijn, maer
heeft versogt om van t diakens ampt ontslagen te worden al-
soo hij zelfs door ziekte behoeftig was..."
Ik wil tenslotte nog wijzen op het verslag van een enquête
achterin het oudste deel. Jammer genoeg is van het jaartal
alleen nog "16.." te lezen. Het gaat hierbij om de vraag of
de bevolking van Driehuizen een schoolmeester wilde hebben
of niet. Hiertoe gingen twee mannen van het westeinde naar
het noordeinde van het dorp langs de huizen en noteerden
keurig de naam van de (hoofd-)bewoner en het gegeven ant
woord
Het "Kercke-Boeck van Drie-Huysen"
Van de overige vier deeltjes is het oudste voorzien van het
opschrift "Kercke-Boeck van Drie-Huysen".2) Het bevat een
een register van de in het dorp gedoopte kinderen en geslo
ten huwelijken over 1671-1726, een register waarin van jaar
tot jaar tussen 1672 en 1719 de gekozen ouderlingen en
diakenen worden opgesomd en een register van lidmaten en
attestaties over 1676-1717. Vol was het deeltje hiermee nog
niet. De diakenen gebruikten het vervolgens tussen 1808 en
1833 om er hun rekeningen in neer te schrijven.
De resterende drie delen bevatten notulen van de kerkeraads-
vergaderingen uit de jaren 1726-1771, 1776-1867 en 1868-
1893. 3)
Een blik in deze notulen leert dat de kerkeraadsvergaderin-