Te bed-gaanders praat In het aprilnummer 1994 van de Chronyke, blz.35, werd ant woord gegeven op een eerder gestelde vraag wie (nog meer) uitdrukkingen kende, die werden gepleegd bij het naar bed gaan. Een reactie daarop van Koos Jonker uit Wormer: "Kastelein Harm uit Grollo zei tegen sluitingstijd steevast: "We neemt er nog een en dan gaon wie plat ligg'n". Mijn oude buurman placht te zeggen:"Kom buur, we gaan de klossebak opzoeken". Die uitdrukking is puur Zaans. In een zaagmolen werden de houten wiggen, waarmee de te za gen stammen werden gezekerd, bewaard in een klossenbak die de vorm had van een bnedstee. Mijn vader was sterk in vaste zegswijzen. Tegen bedtijd stond hij op en dan volgde steevast"Kom vrouw, heer doen, pisse en te bed". Vorig jaar vertelde een nicht van mij dat hij dat gezegde niet van zichzelf had, maar dat het een uitspraak was van een buurtbewoner aan de Zuidervaart in de Schermer, waar va der was geboren in 1895. Hij woonde in de omgeving van het Zwarte Kerkje tot 1928 of 1929. Mijn moeder snoof meestal af keurend als hij voor de zoveelste keer die zin uitsprak, maar als ze in een goede bui was, antwoordde ze met: Naar bed, naar bed zei duimelot. Eerst nog wat eten zei likkepot. Waar zullen we dat halen zei langelot. Uit grootvader's kastje zei ringeling. Dat zal ik verklappen, zei 't kleine ding. Een uitdrukking van heel andere aard, die vader wel bezigde was:"Het is wat in de wereld; nou hebben ze weer aierekole uitvonden!" Volgens hem kwamen eierekolen in dezelfde tijd op de markt als "Turkse Tarref", waarmee mais werd aangeduid. Koos Jonker Ik herinner me, naar aanleiding van vader Jonker's te-bed- gaanders-praat dat mijn moeder ook wel eens iets dergelijks zei tegen mijn broertje en mij, nl: "Piesen, ponnen en te bed!", waarmee bedoeld werd dat je na de sanitaire stop de nachtpon (in ons geval een pyama) moest aantrekken.-CB.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Een Nieuwe Chronyke van het Schermereiland - Graft-de Rijp en Schermer | 1995 | | pagina 21