SCHERMERHORN IN 1924
15 November
Tot Hoofd-ingelanden van het Heemraadschap "Mijzen", zijn
gekozen de heren G. Klaver te Schermerhorn, i.p.v. de heer K.
Rood, dijkgraaf van genoemde polder te Heiloo, D. Muntjewerff
te Avenhom, i.p.v. de heer S. Willig te Avenhorn, die wegens
aanstaand vertrek voor een herbenoeming had bedankt en J.
Hoogewerf te Ursem i.p.v. de heer P. Pater te Ursem die
wegens hoge leeftijd had bedankt voor een herbenoeming.
6 December
Het woonhuis met erf, thans bewoond door de heer Wouder is
bij onderhandse verkoop aangekocht door de heer W. Wester.
Deze zal het huis doen verbouwen en inrichten als winkel voor
zijn rijwiel- en motorzaak, terwijl hij het plan heeft naast
het perceel een garage en werkplaats te stichten.
Het R.K. Kerkbestuur heeft aangekocht van het R.K. Armbestuur
een perceel grond over het Swet in de Mijzen en heeft plan
van deze grond een begraafplaats te maken.
Donderdag overkwam de heer P.Los aan de Klaterbuurt bij de
Rijp een ernstig auto-ongeluk. Fourage bezorgd hebbende bij
een boer aldaar, reed hij met zijn auto de poort uit en lette
niet op de tram, welke juist van Midden-Beemster af kwam
aanrijden met het gevolg dat de auto geheel werd verbrijzeld.
Wonder boven wonder kwam de heer Los er zonder letsel af.
Herbenoemd werden bij de Gereformeerde Gemeente tot ouderling
de heer J. de Kievit en tot diaken de heer P. Mantel.
31 December
Maandag j1vergaderde de gemeenteraadIngekomen waren een
paar goedkeuringsbesluiten van Gedeputeerde Staten. Van de
heer W. de Boorder was het bericht, ingekomen met mededeling,
dat hij zijn benoeming tot lid van het Burgerlijk Armbestuur
aannam. De Waren-keuringsdienst berichtte dat over 1924 in
totaal ƒ.188,89 door de Gemeente verschuldigd is.
Tenslotte was nog ingekomen een verzoekschrift van de heer B. j
Meiridersma, burgemeester, om ontheffing van de verplichting,
om in deze gemeente te moeten wonen. Hierover is reeds in de
laatste raadsvergadering langdurig gedebatteerd en ook nu
weer ontspon zich een levendige discussie. Het eind van de
zaak was dat met 5 tegen 1 stem het verzoek werd verworpen.
De voorzitter, zich erop beroepende, dat hier geen voer hem
en zijn gezin geschikte woning openstond, verklaarde zich
niet met de zijns inziens onbillijke eis van de raad te
zullen verenigen en andere maatregelen te zullen nemen.