Beperkingen
de handhei, die van een zware taaie houtsoort was gemaakt,
bijvoorbeeld eikehout of iepehout. Gewoonlijk wogen deze
handheien 30 tot 50 kg. Ze waren 60 tot 80 cm lang.
Veelal hadden ze een vierkante doorsnee en afgeschuinde
hoeken, waartegen de lange handgrepen waren aangebracht.De
vier lange handgrepen waren bedoeld om enerzijds het blok
zo hoog mogelijk te kunnen heffen en anderzijds zo diep mo
gelijk te laten vallen zonder zo diep te moeten bukken.
Aan de onder- en bovenkant was om het blok een stalen
band aangebracht, om het splijten en stukslaan tegen te
gaan. Zoals bij alle gereedschappen werden de blokken niet
geschilderd, om tijdig breuken en scheuren te kunnen ontdek
ken, maar ook om een goede greep te behouden.
Het merkwaardige was dat bij glad worden van de handgrepen
gezegd werd dat er slecht weer op komst was, hetgeen ook
uitkwam. Daarentegen werd bij stroeve handgrepen mooi weer
verwacht
De handhei werd gewoonlijk door twee personen bediend,
waarbij het de bedoeling was, het blok boven de paal te hef
fen en dan te laten vallen. Om op te schieten was men
nogal eens geneigd het blok tijdens de val "te helpen", maar
dat was eigenlijk overbodig en het leidde meestal tot bla
ren in de handen.
Het handheien had natuurlijk zijn beperkingen, vooral met be
trekking tot de diepte waarnaar geheid kon worden, alsmede
door het uiteindelijk toe te laten gewicht wat op de paal
werd gebouwd.
Dit had tot gevolg dat deze wijze van funderen werd
toegepast onder lichte constructies, zoals lage muren van
schuren en huizen. Menige muur in Graft en De Rijp is op
die wijze "op poten gezet".
Onderstaand laat ik de beschrijving volgen van het heien
van een vier meter lange houten paal. Hierbij dient
opgemerkt dat de eerste fase, van het boren vanaf de grond
slag, pas ingang vond nadat de betonspecie meer en meer in
gebruik raakte. Daarvoor was men verplicht tot onder het
grondwaterpeil te ontgraven en van dat niveau af te begin
nen met heien. De bouwput werd dan met pompen min of meer
droog gehouden en de toevloed van grondwater moest dan vaak
nog worden afgeremd door de bouwput te omringen met een
damwand. Deze bestond uit een verticaal scherm van in
elkaar passende houten delen, rondom de bouwput. Ook deze