'n Dolle dinsdag in 1799
2
Bij het graven, zoeken en speuren naar het verleden komt
men soms merkwaardige zaken.tegen, die een opvallende
gelijken:s vertonen met gebeurtenissen uit latere tijd.
Nu we dit jaar de bevrijding van 45 jaar geleden herden
ken, gingen mijn gedachten uit naar de "dolle dinsdag"
van september 1944. Staande op het Spui in Den Haag be
reikte ons daar de juichende berichten dat de Canadezen
in Rotterdam zaten en zelfs al Delft genaderd waren. /Vij
zagen ons al bevrijd en zagen NSB' ers en Duitsers met
koffers wegrennen.
Het bleek niet waar.' De bevrijding was nog ver weg.
Nog verder weg echter was de bevrijding van de Franse
bezetting in 1799, toen Engelse en Russische troepen de
kop van Noord-Holland binnenvielen.
Een gedicht van maar liefst 12 bladzijden beschrijft de
hoopvolle verwachtingen in die tijd. Het begin ervan geef
ik U hier ter lezing. Het gedicht is gespreven in de vorm
van een samenspraak.
DE RIJF op den 7den October 1799
A
Het patriotsch gebroed zal nu wel anders praten
Er komen Engelse en Russische soldaten,
De Prins is reeds geland en aan Den Helder, wij
Zijn weder hun de baas en van hun heerszucht vrij;
Laat ons de Oranjevlag nu op den toren zetten
Zij wacht te Alkmaar reeds.
B
En maak ook korte wetten
Met 't boompje, door 't gemeen hier op Den Dam geplant,
Die malle vrijheidsboom moet kort en goed verbrand.
C
'k Ga vragen aan den schout of nu de vlag al klaar is,
En 'k dwing dien patriot, dien gekke secretaris,
Dat hij met ons vereend: Oranje boven.' zingt.
A
Dan noem ik u wel knap, als gij hem daartoe dwingt;
Hij is een stijfkop hoor en laat zich niet gezeggen.
C
Ik zal het vuur hem zoo na aan de schenen leggen
Dat hij 't laten durft; wij zijn hem nu de baas
En Engelsman verjaagt straks iedren blooden haas,
En wij, wij roepen blij: vivat, Oranje boven.'