19 wat en d. En Daa r plaats. 1 dat er als ge- s Spaar der tje. r werd ie n ze r nee, Maar tien r wie leek ook. Het man, de t schot chuwen id hou- de nen we - gen de akken. ten die e R ijn J. uws - n één n de ve op- 1 moee- Nu wii spoedig Holland gaan verlaten Moet er van ons een bede gaan. Tn die 4 lange oorlogsjaren Is er heel wat omgegaan. Maar wii durven hier te schrijven "Holland is een heerlijk land. Wij zouden er altijd willen blijven. Hadden we niet een Vaderland". Nu ons lieflijk land weer vrij is Gaan we Goddank spoedig heen En nooit zullen wij vergeten Wat De Rijp altijd heeft gedaan. Eerst een woord tot U. Gomiteit Dat g'ons hart steeds hebt verblijd. Altijd stond ge ons trouw te woord Gaf ons raad zooals het behoort. Een woord van Dank, O. Burgervader Voor al het werk door TT gedaan Om ons lijden te verzachten En voort te gaan op s levensbaan; Wij zullen het steeds in eere houden En zeggen het in ons Vaderland. De Rijp, wij zullen het steeds aanschouwen Wij hangen het dorp aan onzen wand. Zoo leefden wij steeds wel te vreden Tot dat een zware slag ons trof. Om haar die wij hier moeten laten, Hoe zwaar valt ons die scheiding nog Rust zacht geliefde Vrouw en Moeder' Die plek blijft altijd ons nabij, Wij roepen tot den Albehoeder: "O, geeft ons kracht en sta ons bij". 'n Woord van dank aan allen die hier wonen. Wij hebben met elkaar geleefd. Wij zullen U ons heele leven prijzen En danken U daar altijd voor. F rans Pernet R. Pernet-Van Weert. en Kinderen Emma van Weert.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Een Nieuwe Chronyke van het Schermereiland - Graft-de Rijp en Schermer | 1990 | | pagina 21